Film / Films

De sardonische bottenbreker

recensie: The Streetfighter Trilogy

De titelheld van deze inmiddels dertig jaar oude trilogie is een aantrekkelijke, steevast in het zwart gehulde huurling die zich te buiten gaat aan stevige karatepartijen en, bij tijd en wijle, vrouwelijk schoon. Deze sexy spierbundel wordt vertolkt door de sardonische Sonny Chiba, die de Tarantino-liefhebber kent uit het eerste deel van Kill Bill.

~

De controversiële Streetfighter was medio jaren 70 het Japanse antwoord op Bruce Lee en Shaft, een masculiene superheld die garant stond voor succesvolle formulefilms. Maar de vechttechnieken van de straatvechter zijn wreder dan die van zijn voorgangers: als de Japanner een tegenstander in elkaar mept, dan breken er botten onder luid gekraak. Er worden stembanden gesloopt, ogen uitgestoken, zelfs testikels afgescheurd. Dit ongekend brute geweld wordt met zichtbaar plezier uitgevoerd door Shinichi ‘Sonny’ Chiba, die met zijn imposante fysieke gestalte en sadistische grijns een uitstekende filmheld maakt.

Flashbacks

~

De eerste Streetfighter is het sterkst. Met een rudimentaire misdaadplot als achtergrond wordt de kijker getrakteerd op een nauwelijks aflatende stroom uitstekend gechoreografeerde karategevechten. Ook na dertig jaar is het nog steeds een vlotte, boeiende actieprent, pretentieloos vermaak voor de liefhebber van de betere vechtfilm. Return Of The Streetfighter biedt ook flitsende actiescènes, maar lijdt aan een wel erg gebrekkig verhaal, en verdoet bovendien veel tijd met flashbacks uit het origineel en andere zinloze scènes. De terugkeer van enkele opponenten uit de eerste film doet de film ook geen goed. Als Chiba eenmaal op dreef is, spat de actie van het scherm, maar de film vormt een zwak geheel dat het niet haalt bij zijn voorganger. De laatste in het drieluik, The Streetfighter’s Last Revenge, is niet meer dan een herhalingsoefening van welbekende elementen, maar wel een geslaagde. Zodra de onweerstaanbare herkenningsmelodie opduikt, is het genieten van de onverstoorbare Chiba, die in dit deel als een soort James Bond gepresenteerd wordt.

Opgepoetst

De liefhebber van deze Japanse pulp moest het tot nu toe doen met verminkte videobanden in een knullige nasynchronisatie. Voor het eerst kunnen we nu genieten van de drie films in hun oorspronkelijke versie. Het opgepoetste beeld is in origineel formaat en van prima kwaliteit, het Japanse geluidsspoor vlekkeloos. Het enige nadeel is het volledig ontbreken van extra materiaal, afgezien van een verzameling Chiba-trailers. Maar straatvechter Tsurugi (voorheen, in gedubte versie, bekend als Terry) klonk nog nooit zo overtuigend en zag er nog nooit zo goed uit. Deze box is een prima eerste kennismaking met de bottenkraker, en een kale maar waardevolle collectie voor de fanaat.