Film / Films

Twintig seconden moed

recensie: We Bought a Zoo

.

~

Een half jaar na de dood van zijn vrouw is journalist Benjamin Mee (Matt Damon) radeloos. Zijn zoon Dylan (14) wordt van school gestuurd en zijn dochter Rosie (7) kan door burenherrie niet slapen. Hij neemt ontslag en gaat op zoek naar een rustiek gelegen huis met grote achtertuin. Zijn oog valt op een landgoed, maar tot zijn ontzetting ontdekt hij dat er een dierentuin bij hoort. ‘Soms heb je twintig seconden waanzinnige moed nodig om iets groots te bereiken’, houdt Benjamin zijn kinderen voor als hij voor de grootste uitdaging van zijn bestaan staat: het redden van het achttien hectares grote Rosemoor Animal Park.

Zingeving en harmonie

Het verhaal is gebaseerd op de autobiografie van de Engelse journalist Benjamin Mee. Het draaiboek van Aline Brosh McKenna (The Devil Wears Prada, 2006) is bij regisseur Cameron Crowe in perfecte handen. Zijn eerste speelfilm sinds het geflopte Elizabethtown (2005) combineert de emotionele en morele groei van het hoofdpersonage met de zoektocht naar zingeving en harmonie. In zijn eerdere werk Jerry Maguire (1996) was sport de kapstok, in Almost Famous (2000) muziek. We Bought a Zoo ontwikkelt dezelfde feelgoodatmosfeer als in deze voorgangers, maar richt zich op een nog breder publiek.

~

Voorspelbaarheid is een consequentie. Incidenten keren steeds pas op het allerlaatste moment ten goede en romances zie je al van verre aankomen. Hoewel de moeizame vader-zoonrelatie precies voldoende dramatische aandacht krijgt, ligt het sentiment regelmatig op de loer. Grappige momenten komen gelukkig niet van de dieren, maar van bijvoorbeeld Benjamins pessimistische broer Duncan (Thomas Haden Church) en de zeikerige dierentuininspecteur Ferris (John Michael Higgins). Ze worden moeiteloos afgewisseld met onwaarschijnlijkheden, zoals slangen die ’s avonds ontsnappen uit een kist en ’s morgens allemaal keurig bij elkaar voor het huis liggen om opgeraapt te worden.

Nauwelijks interactie tussen mens en dier

Met zijn enorme ervaring en droogkomische charme zorgt Matt Damon dat We Bought a Zoo geen kleffe status krijgt. Maar jammer genoeg is er nauwelijks interactie tussen mens en dier. Damon is weliswaar aandoenlijk wanneer hij communiceert met een doodzieke tijger, maar het is spijtig dat we Scarlett Johansson als parkhoofd Kelly nauwelijks met dieren zien omgaan. Ze mag dan ervaring hebben met The Horse Whisperer (1998), anderhalf decennium later kan het stoere wijdbeens staan en zitten niet verhullen dat ze kennelijk niet in de acteerwieg is gelegd om geloofwaardig poep te scheppen, dierenvertrekken te desinfecteren, een ontsnapte struisvogel te vangen of andere nagels dan die van zichzelf te knippen.

Als compensatie biedt ze een stralende glimlach en een gewillig oor aan haar nieuwe baas en wacht ze op zijn eerste zoen: dit is een echte familiefilm die aandacht schenkt aan relaties, inspirerend handelen en het verwerken van verlies. De cast wordt aangevuld met een trio aanstormende talenten: Maggie Elizabeth Jones als de piepkleine Rosie die praat als een volwassene, Colin Ford als Dylan die graag tekeningen van onthoofdingen maakt, en Elle Fanning als Lily die een zwak voor hem heeft. De vlotte soundtrack ondersteunt het pretentieloze vermaak.