Film / Films

Breedsprakige beeldtaal in verfilming Murakami

recensie: Norwegian Wood

Eén jongen, twee meisjes. Een simpel probleem, zonder makkelijke oplossing. Haruki Murakami had vele bladzijdes nodig om het dilemma te schetsen. Anh Hung Tran is minstens zo breedsprakig in zijn filmadaptatie.

~

Tokio, 1969. Terwijl de meeste studenten strijd voeren voor meer democratie op de universiteiten, heeft Watanabe (Kenichi Matsuyama) het druk met de meisjes in zijn leven. De band met de depressieve Naoko (Rinko Kikuchi, bekend van haar rol als het dove meisje in Babeldie in een soort inrichting op het platteland woont, voert terug tot zijn jeugd. Dichterbij, in Tokio, wordt hij verliefd op de minder gecompliceerde Midori (Kiko Mizuhara).

Meer sfeer dan plot
Het geschetste dilemma is in wezen niet ingewikkeld: wie van de twee zal het worden? Maar dit is een film van Anh Hung Tran (Cyclo, L’odeur de la papaye verte), die niet bepaald bekend staat om makkelijk te verhapstukken romantische komedies. Bovendien is Norwegian Wood een adaptatie van het gelijknamige boek van Haruki Murakami. De ook in Nederland ongelofelijk populaire Japanse schrijver is meer van de sfeerbeschrijvingen dan van de strakke plots. Die stijl kenmerkt ook de film.

In de betoverende openingsscènes houdt de Frans-Vietnamese regisseur het tempo erin. De hoofdpersoon kijkt via een voice-over terug op zijn jeugd, waarin zijn vriendschap met Naoko en zijn vriend Kizuki centraal staat. Ahn Hung introduceert de kinderen met een paar simpele, in het zonlicht badende shots, die meteen de verhoudingen tussen het drietal blootleggen. In de volgende scène pleegt Kizuki zelfmoord.

~

Dan trapt Tran op de rem. Watanabe vertrekt naar Tokio, maar hij laat zijn verleden niet achter. Er volgt een uitgebreide verbeelding van de gevoelens waarmee hij worstelt: rouw om Kizuki, verantwoordelijkheidsgevoel tegenover Naoko (met wie het na Kizuki’s dood steeds slechter gaat), verliefdheid, een schuldgevoel tegenover Kizuki vanwege Naoko, een schuldgevoel tegenover Naoko vanwege Midori, et cetera. Geen wonder dat de politieke gebeurtenissen grotendeels aan hem voorbijgaan. Toch speelt de film zich nadrukkelijk af in de jaren zestig en zeventig. De art direction en de kostuums zijn onberispelijk. Ook de soundtrack had niet beter gekund. Johny Greenwood laat na There Will Be Blood opnieuw zien dat hij als soundtrackdesigner misschien nog wel beter op zijn plek is dan als Radioheadgitarist.

Niet waargemaakte pretenties

Ondertussen leeft Tran zich uit op de regie. Dat doet hij regelmatig op adembenemende wijze, zoals in een seksscène, waarin de camera naast de geliefden op de grond lijkt te liggen. Ook prachtig zijn de natuurshots, vooral in contrast met een heftige huilbui van Watanabe tegen het einde van de film. Maar Norwegian Wood is erg gedetailleerd. Helaas is de film ook in dat aspect wat te trouw aan het boek. Tran heeft honderddrieëndertig minuten nodig om het verhaal uit de doeken te doen. Alle cinematografische pracht en praal ten spijt lukt het hem niet de aandacht te blijven vasthouden. De pretenties die Tran in de eerste vijftien minuten oproept worden niet waargemaakt. Dertig minuten minder hadden een veel sterkere film opgeleverd.

Lees hier het interview met Anh Hung Tran