Boeken / Fictie

Verstrooid zijn wij

recensie: Virginia Woolf (vert. Erwin Mortier) - Tussen de bedrijven

In april 1941 vond een wandelaar langs de rivier de Ouse een dameshoed en een wandelstok, twee stille getuigen van het levenseinde van een groot schrijfster. Kort voor ze zich in de golven stortte, voltooide Virginia Woolf haar laatste manuscript.

Tussen de bedrijven verscheen enkele maanden na Woolfs dood. Het is dan ook verleidelijk de roman te lezen in het licht van de zelfmoord van de 59-jarige schrijfster − die liever in de Ouse verdronk dan in een nieuwe golf depressies en wanen. Haar leven lang werd de broze schrijfster geteisterd door zenuwinzinkingen. Het is een klein wonder dat ze desalniettemin een indrukwekkende reeks romans schreef; in lyrisch proza legde ze haar beleving van de eerste helft van de twintigste eeuw vast.

Tussen de bedrijven


Met haar afkeer van gestroomlijnde vertellingen maakt Woolf het haar lezers niet gemakkelijk. Ook Tussen de bedrijven is geen traditioneel verhaal. Halverwege lezen we: ‘Lig niet wakker van de plot: de plot is niets.’ Het is een goed advies voor de lezer van haar laatste roman, waarin ze slechts de contouren van een verhaal schetst. Het is juni 1939 op een Engels landgoed, en in de namiddag zal de jaarlijkse toneelopvoering van de dorpsbewoners plaatsvinden. Terwijl de bezoekers zich gereedmaken, volgen we de gesprekken, gedachten en herinneringen die over het landgoed waaien.

Als titel is Tussen de bedrijven veelzeggend. Woolf is niet geïnteresseerd in het publieke toneelstuk dat we in ons leven opvoeren: werk, studie, huwelijk, maatschappelijke positie en wat dies meer zij. Haar blik richt zich op wat zich tussen de bedrijven afspeelt, wat gewoonlijk onopgemerkt voorbijgaat: de herinneringen, beelden, gevoelens die zich aan ons opdringen wanneer we even alleen zijn, niets omhanden hebben, voor een open raam staan en naar buiten kijken.

Verstrooiing


Als Tussen de bedrijven al een hoofdpersoon heeft, dan is het Isa Oliver, ongelukkig getrouwd met een beursmakelaar en moeder van twee kinderen. Mijmerend beweegt ze zich tussen de mensen, terwijl ze flarden poëzie prevelt en half verliefd wordt op een plaatselijke boer. Ze is typerend voor Woolfs heldinnen: een wankelend individu in een vreemde wereld. Losgezongen van haar maatschappelijke rol, dobbert ze rond op een zee van halfbewuste gevoelens en associaties: bevrijd van de geschiedenis, maar ook verloren in het heden.

Het verleden speelt een belangrijke rol in Woolfs roman, met name in de genoemde toneelopvoering. Het blijkt een pastiche op de Britse geschiedenis, van Shakespeares Engeland tot de Victoriaanse jaren en het heden. Tot teleurstelling van enkele toeschouwers presenteert de regisseur, juffrouw La Trobe, echter niet het grootse, heroïsche verhaal van het koninkrijk. In plaats daarvan schotelt ze hun een experimentele collage voor, een samenraapsel van poëzie, toneel en muziek, waarin ook de omliggende natuur en de toeschouwers zelf figureren.

Na het eerste bedrijf klinkt uit een oude fonograaf een kreet die symbool lijkt te staan voor het toneelstuk en de roman zelf. ‘Verstrooid zijn wij’, zingt rond over het landgoed. En inderdaad, alle personages in Tussen de bedrijven zijn verstrooid: dwalend in eigen gedachten, zonder gedeeld verleden, zijn ze de weg tot elkaar verloren. Zo geeft Tussen de bedrijven een pijnlijk venster op Woolfs eigen eenzaamheid, maar ook op de bredere verwijdering die ze om haar heen zag.

Verloren in vertaling


Tot slot verdient de vertaling door Erwin Mortier lof om de wijze waarop hij geslaagd is het stromende proza van Woolf naar het Nederlandse taalgebied door te sluizen. Wel gaat er in vertaling iets verloren, al is het maar omdat de personages geregeld denken in herinnerde scherven Engelse poëzie. Zo is het spijtig maar onvermijdelijk dat we de rijkere associaties missen die een dichtregel van Keats, Shelley of Swinburne in het Engels oproept.

Dit is echter geen kritiek op het werk van Erwin Mortier, die naast zijn uitstekende vertaling ook een inleiding en uitgebreide noten toevoegde. Het is wel een reden om ook het Engelse origineel te lezen. Tussen de bedrijven is een waardig slotstuk van Woolfs oeuvre, een rijk vlechtwerk van poëzie en personages, doortrokken van de subtiele lyriek van een wankele en ongrijpbare schrijfster.