Boeken / Fictie

De minst saaie dichteres van Nederland

recensie: Tjitske Jansen - Koerikoeloem

.

Tjitske Jansen heeft de gedichten uit haar nieuwe bundel al voor verschijning tijdens diverse optredens voorgedragen, bijvoorbeeld tijdens een avond rondom de Amerikaanse dichter Mark Strand. Strand schrijft prachtige poëzie om te lezen, maar de voordracht ervan bleek in een broeierig Academiegebouw in Utrecht slaapverwekkend. Het omgekeerde was het geval bij Jansen. Zij schrijft ogenschijnlijk simpele poëzie die juist tot leven komt als ze voorgedragen wordt. Zo werd die avond een flauw stukje tekst over oesters (de eerste oester die Jansen at was blijkbaar precies goed) ineens een innemende monoloog over het verschil tussen optimisten en pessimisten.

Prinses Tjitske

Eén ding heeft Koerikoeloem in ieder geval gemeen met haar voorganger: de verwijzingen naar sprookjes, waar Jansen vervolgens een geheel eigen draai aan geeft. Niet alleen in de aanhef van de verschillende fragmenten, die zonder uitzondering ‘Er was’ of ‘Er waren’ luidt, klinkt dit door, maar ook vind je Sneeuwwitje, Vrouw Holle en de grote boze wolf terug. In het universum van Jansen runt Vrouw Holle een opvanghuis voor sprookjesfiguren en verzucht Sneeuwwitje dat trouwen met een prins geen garantie is voor geluk. Goed gevonden, maar niet verrassend meer na Het moest maar eens gaan sneeuwen.

Hier houden de overeenkomsten tussen debuut en opvolger niet op. Ook deze bundel is een opeenvolging van jeugdherinneringen, al lijkt de dichteres in Koerikoeloem nog eerlijker en kwetsbaarder:

Er was een Amnesty International-avond waarop ik, als kind, op het podium liedjes zong over vrede. De vrede waarover ik zong, vond ik minder belangrijk dan dat iedereen hoorde hoe mooi ik kon zingen.

Maar als thema’s, motieven en Jansens ontwapenende stijl bijna exact hetzelfde zijn gebleven, waarom heeft deze tweede bundel dan toch vier jaar op zich laten wachten?

Actrice Tjitske

Er is tenminste wel één opvallend verschil tussen Het moest maar eens gaan sneeuwen en Koerikoeloem: de vorm. Jansen heeft een dichtbundel geschreven die eigenlijk geen dichtbundel is. Wat is het dan wel? Het is ook zeker geen proza, maar eerder een theatermonoloog. Volgens de dichteres is het één lang gedicht, precies lang genoeg om in één ruk uit te lezen. En toegegeven, daar heeft ze gelijk in. Herhaalde lezing roept echter meer en meer de gedachte op dat Jansen gebruik maakt van een trucje. Ze legt al haar angsten en onzekerheden op tafel voor de lezer, en als deze een negatief oordeel velt over haar werk, wijst hij daarmee in feite de dichteres zelf af. Illustratief voor deze tactiek is het volgende fragment:

Er was een avond waarop ik wakker lag van de liefde voor mijn pleegmoeder. Toen ik het durfde, ging ik mijn bed uit, de trap af. Ik zat naast haar op de bloemetjesbank en zei: ‘Ik hou van jou. Ik hou zoveel van jou en ben bang dat je niet evenveel van mij houdt.’

Het is een truc waar binnen de literaire wereld misschien niet zo gretig gebruik van wordt gemaakt, maar de gemiddelde acteur bedient zich er graag van. Jansen is een actrice, en is zich daar zelf zeer van bewust. In een interview met het AD zei Jansen: “Mijn vader zei toen ik vijf was over mij: ‘Tjitske is een geboren toneelspeelster, ze loopt in de kamer het liedje Ik ben een klein verdrietig paardje alleen in de wei te zingen met tranen in haar ogen, een brok in haar keel en geweldig veel plezier’.”

Podiumdier Tjitske

Wie op internet naar lezersreacties zoekt op Jansens eerste bundel vindt tegenstrijdige posts op poëzieblogs, die variëren van ‘ontroerend’ tot ‘kinderlijk’ en van ‘authentiek’ tot ‘amateuristisch’. Koerikoeloem zal ongetwijfeld een zelfde dualistische ontvangst ten deel vallen. De ene dag ben ik met de optimisten eens, de andere dag met de pessimisten. Maar uiteindelijk is Tjitske de dichteres voor mij niet los te zien van Tjitske het podiumdier. Alles wat haar poëzie op papier vaak mist, komt tot leven zodra ze voorgedragen wordt. Koerikoeloem zou ik dus pas aanschaffen als er een cd-tje bij de herdruk zit, en tot die tijd moet je vooral in de gaten houden waar Jansen optreedt.