Boeken / Fictie

Liefhebben zonder woorden

recensie: Patrik Ouøednik (vert. Edgar de Bruin) - Het geschikte moment, 1855

De Tsjechische Patrik Ouøedník schrijft ambitieuze boeken. Eerder verscheen bij uitgeverij IJzer Europeana, en zojuist is een tweede roman verschenen: Het geschikte moment, 1855. Met dit boek gaat Ouøedník opnieuw op hoogst eigenwijze en geestige manier de strijd met het Europese intellectuele gedachtengoed aan.

‘Vrijheid is een vrucht van hartstocht, niet van verstand’ schrijft de anonieme briefschrijver waarmee Het geschikte moment, 1855 opent. ‘Hartstocht is een geschenk van de natuur, niet van de beschaving.’ Daarmee is geschetst wat de personages in deze roman zoeken. Zij verlangen vrij te zijn; vrij van de gecorrumpeerde Europese samenleving, vooral. Deze man blikt in 1902 terug op de vrije, anarchistische kolonie Fraternitas in Brazilië. In Fraternitas zal de roep van de Franse revolutie bewaarheid worden. Er zal vrijheid en harmonie zijn.

Na zijn brief, aan een niet nader geïdentificeerde vrouw en vroegere liefde, volgt het fragmentarische dagboek dat één van de Italianen tijdens de bootreis naar Brazilië heeft bijgehouden. Uit zijn aantekeningen blijkt hoe het mislukken waar de briefschrijver over schreef al tijdens de boot zichtbaar was. Aan boord zijn Italianen, Fransen, Duitsers, Oostenrijkers en ‘Slaven’: een heuse toren van Babel op een klein schip. Moedwil en misverstand heerst, zou je kunnen zeggen.

Een tirade

Het mooie is dat deze roman net zo historisch is als hij actueel is. De briefschrijver heeft tabak van de literaire mode van zijn tijd, die net zo goed de onze kan zijn: zo is hij bijvoorbeeld ‘geenszins voornemens me aan de canons van de huidige literatuur te onderwerpen die van auteurs vermakelijke perversiteiten uit hun privéleven eisen.’ Na ’te onderwerpen’ had hier een komma kunnen staan, maar het ontbreken daarvan versterkt het sentiment van deze in één vlaag op het papier gesmeten tirade.

De hele notie literatuur moet van hem het onderspit delven: ‘in schrijven zit de waarheid, in literatuur de leugen.’ En hij streeft juist zo naar waarachtigheid, naar een leven zonder beperkingen en eisen, ook niet die van de taal en haar metaforen. En liefde, hij wil pure liefde, zonder enige beknotting. Hij droomt over de meest verregaande versie van dit streven:

…dat ooit op een dag de mensen het helemaal zonder woorden kunnen stellen en louter met de blik van hun ogen in eindeloze liefde en genade, in de wederzijdse verstandhouding van vrije wezens, met elkaar zullen praten.

Uiteenrafelen

Na deze brief, die leest als een goed geschreven en doordacht essay, volgt het dagboek of journaal van een van de mensen die ook in deze utopie geloofde. De vaart is hoog, en terwijl de boot met kolonisten de Atlantische Oceaan oversteekt, gaat de utopie ten onder. Er doen zich onenigheden tussen de verschillende nationaliteiten voor. Taalbarrières beperken de makkelijke uitwisselingen van informatie en ideeën. Het lijkt de Europese Unie wel, zij het omgekeerd: de Duitsers aan boord zijn arm en lenen geld van de Fransen en Italianen.

In Brazilië aangekomen stopt het dagboek, om zes maanden later weer de draad op te pakken. Viermaal nog wel. Viermaal begint het dagboek opnieuw, met telkens ongeveer dezelfde onderdelen, maar telkens zijn die in een andere volgorde geplaatst. De totale anarchie en verwarring in de kolonie worden zo perfect tot uiting gebracht: met het uit elkaar vallen van de samenleving valt de romanvertelling uit elkaar.

Dromen van vrijheid

De vrije kolonie mislukt. Door de verschillende versies is moeilijk te zeggen wat er precies gebeurd is. De laatste versie van het dagboek begint zo:

15 oktober. Ik ben er niet helemaal zeker van of het vandaag 15 oktober is. Op die dag is mijn moeder geboren. Toen we in de kolonie aankwamen, ben ik met mijn dagboek gestopt. Ik weet eigenlijk niet waar ik moet beginnen. Ze is geboren in Casalvieri, in de buurt van Rome.

De verteller is verward, de zinnen vormen geen logisch en coherent geheel. De wereld is door elkaar gehusseld, en daarmee ook de roman over die wereld.

Kortom: het leven is niet makkelijk te vangen. ‘Mijn leven, madame, is geen roman die u tussen kaften kunt persen’, schreef de briefschrijver al. Er zijn rafelrandjes, een leven loopt over de kaften van de roman heen. Daarom heeft de briefschrijver niks op met de ideologieën van zijn tijd: ze doen een poging een raster op de wereld te drukken en pretenderen vervolgens dat dit past. Het zal niet zo zijn. Utopieën vergaan, zonder uitzondering. Maar we mogen dromen van die dag, ooit, dat we zonder woorden kunnen liefhebben.