Boeken / Fictie

Overtuigend, verrassend

recensie: Schijngestalte

.

Deze tekst prijkt op de achterkant van Banville’s roman Schijngestalte. Normaliter dien je de lovende teksten achterop een boek met een korreltje zout te nemen, maar in dit geval zit er wel degelijk een kern van waarheid in. Voornamelijk het eerste gedeelte van het statement manifesteert zich steeds duidelijker. Nadat in 1989 zijn roman Het boek der getuigenis genomineerd was voor de Booker Prize, heeft zijn nieuwe roman The Sea dit jaar de prijs in de wacht gesleept. Het zal waarschijnlijk niet lang meer duren voordat de selecte groep Banville-kenners is uitgebreid tot een hele schare gedreven fans.

Smaakt naar meer

~

Niet dat het winnen van de Booker Prize alléén dat tot gevolg zou kunnen hebben, maar het leidt in ieder geval tot iets meer bekendheid. En het kan haast niet anders dan dat men na het lezen van één van Banville’s boeken verlangt naar meer. Dit is wellicht een gewaagde uitspraak – zeker voor iemand die slechts één boek van de schrijver gelezen heeft. Maar tijdens het lezen van Schijngestalte raakte ik zo onder de indruk van de schrijfstijl van deze taalvirtuoos. Als vervolgens op datzelfde moment me het bericht bereikt dat Banville dit jaar de Booker Prize heeft gewonnen, kan mijn enthousiasme niet op.

Lang

Het eerste wat opvalt als je Schijngestalte openslaat en begint te lezen, zijn de lange zinnen. Banville is allerminst kort van stof. De ene na de andere volzin passeert de revue. En waar dit bij andere schrijvers al snel uitmondt in onleesbare gedrochten, vormt het hier juist één van de sterke punten van het boek. De lange zinnen ontaarden nooit in een onleesbare brij. Ze geven je aanvankelijk juist het gevoel dat je met alledaagse spreektaal geconfronteerd wordt. Maar niets blijkt echter minder waar:

De vorige keer dat ze over de slapende Vander had gewaakt leek hij haar te mijden door zo vreemd uit zichzelf weg te drijven, maar nu hij meer bewusteloos dan in slaap was, manifesteerde hij zich duidelijker dan in wakkere staat; zo, met gesloten ogen op zijn rug liggend, fronsend alsof hij zich concentreerde op een puzzel of een probleem, bevolkte hij haast de hele kamer en wekte de indruk dat er behalve hij en zij nog anderen waren, een zwijgend, ongezien gezelschap.

Vorm en inhoud

Maar genoeg over de vorm. Het boek gaat ook nog ergens over. In Schijngestalte maken we kennis met de oude en zieke Alex Vander, een literatuurwetenschapper en geleerd schrijver. Hij is geboren in België en is tijdens de Tweede Wereldoorlog ternauwernood zijn bezette geboorteland ontvlucht. Tenminste, dat is het verhaal dat Vander aan iedereen heeft verkondigd. Vander is echter niet wie hij lijkt te zijn. Al bijna een heel leven lang vult hij zijn dagen met het vertellen van leugens over zichzelf – totdat er op een dag een brief komt. Een onbekende vrouw dreigt hem te ontmaskeren. Vander reist af naar Turijn om deze vrouw te ontmoeten in de veronderstelling dat hij haar in zijn macht zal kunnen krijgen, en hij zo het noodlot van een pijnlijke ontmaskering zal kunnen ontlopen.

Verrassing

Aanvankelijk ben je als lezer voortdurend op zoek naar de ware Alex Vander. Wat is zijn geheim? Welk gruwelijk verleden houdt hij zo angstvallig verborgen? Maar naarmate het boek vordert, verdwijnen deze vragen steeds meer naar de achtergrond. Steeds vaker gaan je gedachten uit naar de relatie tussen Vander en de vrouw die hem dreigt te ontmaskeren: Cass Cleave. Vanders gruwelijke geheim doet er niet meer toe. De geheimen die Cleave bij zich draagt zijn misschien nog wel veel interessanter. Dat maakt Schijngestalte tot zo’n onderhoudend boek: het blijft keer op keer verrassen. Uiteindelijk loopt het allemaal totaal anders af dan je aanvankelijk had gedacht. En dat is niet alleen voor de lezer een verrassing, maar ook voor Alex Vander. Die is meer te weten gekomen over zijn verhulde jeugd dan hij zelf ooit had durven vermoeden.