Boeken / Fictie

Never too much of a good thing

recensie: Jeanette Winterson - De stenen goden

.

De stenen goden is een bijzonder rijke roman. Het is een kritisch verhaal over de vervuiling en uitputting van een planeet, een tijdloze en genderblinde liefdesgeschiedenis en een klassiek sciencefiction verhaal over superintelligente robots die gevoelens leren te ontwikkelen. Dit lijkt teveel van het goede voor een boek dat nog geen driehonderd pagina’s telt, maar Wintersons boek is geen ratjetoe van genres en thema’s geworden. Tijdens het lezen van De stenen goden wordt al snel duidelijk dat de aangeroerde onderwerpen deel uitmaken van een veel groter thema. Het draait immers allemaal om de mens en hoe hij in de wereld staat.

Blauwe planeet

De roman vangt aan op Orbus, een planeet die op sterven na dood is door toedoen van de mens. Natuurlijke energiebronnen zijn uitgeput, het klimaat is onleefbaar geworden. Er wordt amper geprobeerd de vicieuze cirkel te doorbreken, in plaats daarvan vestigt men alle hoop op een nieuw begin op een nieuwe planeet. Helaas lopen er op de nieuwe blauwe planeet nog dinosaurussen rond, daarom wordt er een plan gesmeed om deze door een kunstmatig in gang gezette meteorietinslag uit te roeien. De inslag komt echter te vroeg. Winterson legt een van haar personages een veelbetekenende verklaring in de mond: ‘Dat is de grote fout die onze beschaving heeft gemaakt. We hebben nooit geaccepteerd dat willekeur geen fout in de vergelijking is – het maakt deel uit van de vergelijking.’

Mensen die liever emigreren naar een andere planeet dan dat ze hun (consumptie)gedrag veranderen: de maatschappij die geschetst wordt in De stenen goden is een uitvergroting van onze eenentwintigste eeuwse maatschappij. De techniek dient de mens niet, de techniek regeert de mens. Wintersons uitvergroting is het meest grotesk waar het seksualiteit betreft. Nu het technologisch mogelijk is om genetisch te worden gefixeerd en er voor altijd uit te zien als een jonge twintiger, verschuiven leeftijdsgrenzen steeds verder richting het ontoelaatbare. Winterson shockeert de lezer met seksclubs waar kinderen van twaalf rondlopen, maar roept tegelijkertijd in herinnering dat deze denkbeeldige ontwikkeling voortvloeit uit de zeer realistische situatie waarin we nu leven: het lichaam wordt steeds vaker gezien als maakbaar en plastische chirurgie wordt door velen als normaal ervaren.

Love will prevail

De spiegel die Winterson ons voor houdt is meedogenloos. Zelfs de liefdesgeschiedenis die een groot deel van de roman beslaat moet er aan geloven. Hoofdpersoon Billie Crusoe valt in eerste instantie voor de ‘robo sapiens’ Spike omdat ze beeldschoon is: ‘Spike, jij bent een robot, maar waarom ben je zo’n godvergeten mooie robot? Ik bedoel, is het nodig om de meest geavanceerde machine te zijn die ooit is gemaakt en eruit te zien als een filmster?’ Net als de mannen die ze tijdens haar werk ontmoet en die ze veracht omdat ze hun vrouwen laten fixeren, is Billie uiteindelijk weerloos tegen dit toonbeeld van jeugdige schoonheid. Toch is juist deze liefdesgeschiedenis het lichtpuntje in deze roman. Billie gaat namelijk pas echt van Spike houden als ze, tegen alle logica in, menselijke gevoelens begint te ontwikkelen: ondanks dat ze zonder limbisch systeem gebouwd is, treurt Spike om de stervende planeet Orbus. Hoe oppervlakkig de maatschappij ook geworden is, emoties – met name liefde en empathie – blijven de belangrijkste menselijke drijfveer. Liefde is, zo concludeert Spike, ‘de kans om mens te zijn’.


De stenen goden
is vanwege de sterke concentratie van verhaallijnen en thema’s niet geschikt om even snel tussendoor te lezen, maar deze gelaagdheid maakt de roman wel onderscheidend. Winterson heeft het aangedurfd om niet één, maar een hele verzameling aan prangende kwesties aan te boren, van milieuvervuiling tot cosmetische chirurgie. Het resultaat is dusdanig indrukwekkend, dat het verbazingwekkend is dat er niet meer zorg is besteed aan de vertaling. Vergelijk Wintersons proza uit het eerste deel met de Nederlandse vertaling:

Flags, carpets, flowers, flunkeys, hitmen, pressmen, frontmen, back-up, support, medics, techies, crew, rig, lights, sound, real-time, archive, relay, vox-pop, popcorn, polish, makeup, dust-down, ready, green – go.

Vlaggen, lopers, bloemen, pluimstrijkers, huurmoordernaars, persmensen, tv-presentatoren, hulptroepen, ondersteuning, dokters, techneuten, crew, apparatuur, licht, geluid, real time, archief, vox-pop, popcorn, poetsbeurt, make-up, poederbeurt, klaar, groen – draaien.

Door de letterlijke vertaling is er niets overgebleven van de oorspronkelijke klankrijkdom – om nog maar te zwijgen over de curieuze keuze om flunkey te vertalen met pluimstrijker. Een gemiste kans.