Boeken / Fictie

De slechtere Lulu Wang

recensie: Hong Ying (vert. Martine Torfs) - De pauw huilt

.

Drieklovendam

Drieklovendam

Het verhaal doet er niet toe. Natuurlijk, een roman over de Drieklovendam kan interessant zijn. De grootste waterkrachtcentrale ter wereld heeft een grote en grotendeels nog onbekende invloed op de omgeving en de bewoners. Voeg aan dat project de nodige couleur locale toe, de corrupte Chinese bureaucratie en een huwelijk dat op instorten staat en er zijn voldoende bouwstoffen voor een mooi verhaal. Misschien heeft Hong Ying het in haar eigen taal ook allemaal vakkundig en stijlvol opgeschreven, maar dan is dat in de vertaling geheel verloren gegaan.

Vallende stukjes
Het incasseringsvermogen voor slecht en lelijk taalgebruik wordt danig op de proef gesteld. Wie zonder gefronste wenkbrauwen dertig of veertig pagina’s weet te lezen, zou zich moeten beraden op het volgen van een basiscursus Nederlandse taal. Er is geen zin die uitblinkt, er is zelfs nauwelijks een zin die mooi aansluit op de voorgaande, maar dat is met de nodige welwillendheid nog overkomelijk.

Dat geldt niet voor de onbegrijpelijke zinnen, onlogische beweringen en tal van taalkundige fouten waarin het boek grossiert:

Opgefrist installeerde ze zich op de sofa en masseerde de plekken op haar huid die schrijnden van het geschuur van het zand.

Hij had er nooit met één woord over gerept; maar dat kwam wellicht door die stilzwijgende afspraak om het niet over hun werk te hebben.

Dat ze sindsdien bijna nooit meer huilde, had er misschien mee te maken dat ze op die dag al haar tranen had vergoten.

Ik heb de echtgenotes van die lui al ontmoet en ik verzeker je, je kunt hen niet van een goede smaak beschuldigen!

Hier staat dan wel tegenover dat je veel van het boek kunt leren. Zo beschikt koud water over onverwachte eigenschappen:

Het koude water leek Zheng warempel af te koelen.

De lezer leert ook dat de Drie Kloven op één dag gevormd zijn:

De Drie Kloven, al duizenden jaren bezongen en bewonderd door dichters, zagen er nog even ongerept uit als op de dag van hun ontstaan.

En het Chinese gevang is beslist niet zo erg als Amnesty International denkt:

Onschuldig gearresteerd te zijn maakte haar eerst natuurlijk woedend, maar toen begon ze zich toch af te vragen of het op dit moment niet gewoon de beste oplossing was. Als nieuwe ervaring was het best vermakelijk.

De uitdrukkingen in de roman zijn, nou ja, herkenbaar. Aan het hotel waar hoofdpersoon Liu Cui verblijft, zouden sommige vijfsterrenhotels een puntje kunnen zuigen, Cui denkt baat het niet, dan schaadt het niet, ze wil weten hoe de vork in de steel zit, ze kan zich wel voor de kop slaan, komt tot de ontdekking dat je geen appels met peren kunt vergelijken, ze ontploft van woede, iets gaat niet in de ‘kouwe’ kleren zitten, er wordt om de hete brij heen gedraaid, je laat iemand als een baksteen vallen, iets gaat het ene oor in, het andere oor uit, je hebt ergens een broertje dood aan en windt er al zeker geen doekjes om. Maar als stukjes op hun plaats vallen, zijn die weer niet van een puzzel:

Eindelijk vielen de stukjes op hun plaats. ‘Iedereen van hoog tot laag heeft zijn stuk van de taart gekregen.’

Ziende blind

Zo fantasieloos als het taalgebruik, zo fantastisch zijn de personages. Liu Cui beschikt over een opmerkelijk sterk ontwikkeld inlevingsvermogen:

Arme deur, dacht ze, altijd maar weer dat geklop.

Haar intuïtie is ook niet mis:

Ze was nog nooit eerder in zo’n situatie geweest, maar intuïtief voelde ze aan dat ze haar zelfrespect niet mocht verliezen. Want dan zou ze zichzelf verliezen.

Helaas kampt ze wel met vreemde, spookachtige spanningen:

Ze leed onder een onderhuidse spanning die leefde in haar omgeving, die niemand precies kon thuisbrengen.

Het meest bijzondere, ze is ziende blind:

Hoe blind was ze geweest. Wang had haar bedrogen en zij was er met open ogen ingetrapt.

Over al het bovenstaande hoeft Hong Ying zelf niet te treuren. In het reeds genoemde voorwoord schrijft ze nogal verongelijkt dat elk van haar eerdere boeken ‘vaak op een totaal absurde manier bekogeld [is] met valse verwijten’ en spreekt ze over de ‘verwerpelijke trend van tegenwoordig om over van alles en nog wat negatief te doen’. Gelukkig heeft de Nederlandse uitgever van haar nieuwe roman zo’n zeldzaam zootje gemaakt, dat de recensieruimte al op is voordat aan het absurde bekogelen zelfs maar begonnen kan worden.