Boeken / Fictie

Banale herschrijving van de geschiedenis

recensie: Emilie Rosales - De onzichtbare stad

Combineer mysterie, avontuur, intrige en wraak met een sausje van overwinning. Serveer het geheel in een bedje van historische feiten, en klaar is kees. De onzichtbare stad is het internationale debuut van de Spaanse redacteur Emili Rosales, zogezegd dé man achter het wereldwijde succes van Carlos Ruiz Zafóns De schaduw van de wind. Een historisch verhaal met een helder plot en duidelijke verhaallijnen, maar vooral een gekunstelde roman waarin oppervlakkigheid en pretentie de boventoon voert.

Grootste tekortkoming van het boek is de ongeraffineerde stijl: snelle dialogen en kordate beschrijvingen worden ineens afgekapt door eindeloze zinnen vol dramatiek, waarin ‘de filosoof’ in Rosales opstaat om je te bedienen van allerhande quasi-poëtische keukentafelwijsheden. Ondanks deze ‘diepzinnigheden’ blijft de hoofdpersoon, Emili Rossell, van elke diepgang verstoken doordat zijn directe handelen en gedachtegang voortkomen uit louter pragmatische overwegingen. Dit, tegen de achtergrond van een constante stroom aan gezwollen retoriek en wankele beeldspraak, maakt De onzichtbare stad tot een grillige leeservaring.

Onvoltooide glorie

Centraal staat de geboorteplaats van de auteur, Sant Carles de Ràpita, een Catalaans kustplaatsje gelegen aan de monding van de rivier de Ebro. De skyline van Sant Carles wordt vandaag de dag gedomineerd door luxe hotels en appartementencomplexen voor gepensioneerde ouderen. De geboorteplaats van Emili Rosales had eigenlijk een bruisende stad van metropolische allure moeten zijn met kathedralen, promenades en universiteitsgebouwen. De achttiende eeuwse stichter van de stad, koning Carlos III (1716 – 1788), had Sant Carles als dé nieuwe Europese hoofdstad voor ogen. Het onherbergzame moerasgebied van de Ebrodelta moest worden overwonnen, de rivier gekanaliseerd en een nieuwe metropool zou verrijzen. Maar globale ontwikkelingen – waaronder de Franse revolutie – noopten Carlos IV (1748 – 1819) na de dood van zijn vader af te zien van de ambitieuze, maar vooral ook dure realisatie van de metropool.

Tot zover de feiten. In het Sant Carles van hoofdpersoon Emili Rossell is de bovengenoemde geschiedenis onbekend. Hij en zijn vriendjes spelen tijdens hun jeugd in de ruïnes van wat volgens hen ooit het grootse Sant Carles van de koning was. Niemand in het plaatsje spreekt echter over de ruïnes en elke vraag over De onzichtbare stad wordt belachelijk gemaakt of stilgezwegen. Naarmate de jaren verstrijken verdwijnt ook bij Emili de fascinatie voor het mysterie van De onzichtbare stad. Tot de dag waarop hij – inmiddels volwassen en erkend galeriehouder in Barcelona – een handgeschreven manifest ontvangt getiteld ‘Memoriaal van de onzichtbare stad’, afzender onbekend. “Mijn hemel, De Onzichtbare Stad! In een flits herinner ik me weer de eerste keer dat ik die woorden gehoord heb, vele, vele jaren geleden.” Wat volgt is een obsessieve speurtocht naar de waarheid. Heeft de stad dan echt bestaan? Waren de ruïnes inderdaad de beginselen van wat ooit de metropool Sant Carles had moeten worden en zoja, waarom is de bouw ervan zo abrupt gestopt? We leven om het hoofdstuk mee in het verleden van de schrijver van het memoriaal, beoogd bouwmeester van de stad, Andrea Roselli, en het heden van Emili Rossell.

Gezwollen beeldspraak

Het wisselende perspectief is een aardig instrument om het verhaal van dynamiek te voorzien en spanning op te bouwen. Het doet echter vooral dienst als afleidingsmechanisme voor de pathetische woordenstroom van Rosales, die tot een hoogtepunt komt in hoofdstuk drie, als Emili ineens een natuurliefhebber blijkt te zijn. Wat eigenlijk de beschrijving van een feestje in de villa van een vriendin is, verwordt tot een orgie van gezwollen beeldspraak met natuurverschijnselen als episch centrum: “In de nabijheid van de takken van de olijfbomen, de geur die de nacht hen laat afscheiden, de geur van de door de zomer gebarsten aarde, het rijk van de krekels.” Na het lezen van een haast eindeloze reeks natuuromschrijvingen – vermoeide golven, kijkende zeeën, vermoeide cicaden, soepele palmbomen en ranke cipressen enzovoorts, enzovoorts – wordt het tijd om een krachtige pot koffie te zetten.

Het gebrek aan literaire vaardigheden wordt gedeeltelijk gecompenseerd door de heldere en afgeronde verhaalstructuur. Naast antwoorden op het wat, waar, hoe en waarom rond het mysterie van de onzichtbare stad, komen alle verhaallijnen gaandeweg bij elkaar om een harmonieus geheel te vormen. De passages uit het oude manifest worden belangrijk voor Emili’s heden in de zoektocht naar een verdwenen schilderij van de Italiaanse grootmeester, Giovanni Battista Tiepolo. De immer onbekende afzender van het manifest openbaart zich uiteindelijk en in het epiloog wordt nog even snel antwoord gegeven op vaagheden rond de afkomst van Emili Rossell.

Alles klopt, geen losse eindjes. Maar dat is ook meteen het grote probleem van De onzichtbare stad. Het verhaal en de personages komen niet tot leven door de geforceerde taal en het gebrek aan literair raffinement. Inhoudelijk is alles net iets té perfect en afgerond om geloofwaardig te zijn en de lezer in vervoering te brengen: het goede overwint het kwade, materialisme delft het onderspit tegen de liefde, geluk zit in de eenvoud van dingen. De moraliserende retoriek in combinatie met de marginale literaire gaven van Rosales maken De onzichtbare stad tot een platte, haast banale poging tot literatuur.