Boeken / Fictie

De weerhaken van vroeger

recensie: David van Reybrouck - Slagschaduw

Een gelukkig mens is degene die kan zeggen dat hij enkel in het hier en nu leeft, dat het verleden er niet toe doet. Want wat dan met het liefdesverdriet die elke seconde als lijm aan je voetzolen kan kleven op de weg vooruit? Wat met de dood van een vriend die samen met jou het leven omarmde? Wat, kortom, met al het grote verlies? Iedereen bestaat bij de gratie van een verleden. En al doet dat verleden je vaak genoeg glimlachen, minstens even zoveel keer slaat het een krater in je gevoelens die alle zin in zich opzuigt als een genadeloos zwart gat. De Vlaamse schrijver David van Reybrouck zal dat laatste meer dan beamen, hij is niet die gelukkige mens van hier en nu, en zijn roman Slagschaduw lijkt geschreven om dat te bewijzen.

Door een mistroostig, maar fascinerend Brussel zwerft een journalist. Op zoek naar een persoon die ooit heeft bestaan, maar slechts hier en daar een spoortje daarvan heeft nagelaten. In een vergeeld en vaag doktersverslag, in een krantenknipsel van toen, in een onooglijk standbeeld op een plein in de stad. Iemand die model heeft gestaan in een tochtig atelier.

Het standbeeld stelt Gabrielle Petit voor, een oorlogsheldin die op 23-jarige leeftijd door de Duitsers werd gefusilleerd wegens verraad. Na de oorlog besloot het stadsbestuur een standbeeld in haar nagedachtenis op te richten, waarvoor een meisje model stond. Maar wie was dat meisje dat in de gretige muil van de geschiedenis hoogstens nog een restje tussen de tanden is? De ik-figuur, een journalist in losvaste dienst bij een krant, gaat naar haar op zoek. Dat is de aanzet tot de roman Slagschaduw, een meanderend portret van verlies in zijn vele gedaantes. Verlies dat uitnodigt tot verzuchten en stilstaan, maar je in feite uitdaagt om ondanks dat alles toch door te gaan. Omdat het alternatief voor jakhalzen is.

Champagne zonder bubbels

De journalist Rick heeft veel meegemaakt. Zaken die in het groter verband onbeduidend lijken, maar voor hem, in zijn eigen leven, nopen tot nadenken, staren in de spiegel en zuchten bij de aanblik van een geopende fles champagne die als een stille en bubbelloze getuige van een nietsbetekenende liefdesnacht met een vreemde in de koelkast staat. Hij is Claire kwijt, zijn Frans sprekende vriendin die in hem een vuur ontstak om dat later even gretig uit te pissen. Hij heeft een vriend, de vaste fotograaf waarmee hij op reportage trok, kapot zien liggen op het asfalt van Noord-Frankrijk, waar zij heen waren getrokken om een reportage te maken over de wielerklassieker De Hel van het Noorden. Genadeloos weggemaaid door een onverantwoord rijdende autochauffeur. Overal in het leven van de journalist is er verlies, glashard verlies, maar hij weet dat hij verder moet. Zelfs al is dat door op zoek te gaan naar iemand van vroeger. Noem het een houvast.

Wondermooi lelijk Brussel

De zoektocht naar dat verdwenen model is, om het in Hitchcocktermen te zeggen, een MacGuffin: een gegeven dat de dingen in gang zet, maar verder niets. Daarom is het moeilijk om Slagschaduw plotsgewijs te duiden: Van Reybrouck weigert heel bewust om een rechtlijnige vertelling neer te zetten. Gevoelens, pijn en onbegrip zijn namelijk ook niet rechtlijnig, wat zou je ze dan in een begin-midden-einde willen gieten? De journalist doolt, tracht antwoorden te vinden waarvan hij weet dat ze niet bestaan. Hij weet alleen dat hij moet proberen.

In weldoordacht, weelderig proza, waarvan elk woord op zijn plaats staat, vertelt de auteur over iemand in wie we ons allemaal (zouden moeten) herkennen: een getekend mens op zoek zonder antwoorden. Langs een wondermooi beschreven lelijk Brussel laat hij de lezer de zwerftocht meemaken. Slagschaduw kerft en snijdt, maar weigert te beweren dat opgeven een optie is. En zo hoort het. Een aanrader voor iedereen die beseft dat het leven geenszins gemakkelijk is, maar misschien wel de moeite loont. Heel misschien.

Een interview met David van Reybrouck volgt later deze week op 8WEEKLY.