Boeken / Non-fictie

Buurvrouw, berg alstublieft uw zweepjes op

recensie: Corine Koole - Met haar had hij wel seks. De raadselen van liefde, lust en verlangen

Hoe hebben Nederlanders lief? Journaliste Corine Koole heeft het tot haar persoonlijke project gemaakt ons liefdesleven in kaart te brengen.

Eerder interviewde Koole voor de Volkskrant ‘doorsnee’-paren (Ik wil jou. Nederlanders op zoek naar de grote liefde, 2006; Hij/Zij en de liefde, 2008) en recentelijk stortte ze zich op bekende Hollandse en Vlaamse mannen (Hoe mannen liefhebben, 2011). Het nieuwste project in het rijtje is Met haar had hij wel seks, een selectie van eerder gepubliceerde mini-interviews met uiteenlopende onbekende Nederlanders. Over verliefdheid, lust, verdriet en overspel. Veel overspel. Positieve besprekingen van duurzame, kalme liefde zijn schaars: huwelijken zijn in deze interviews synoniem aan sleur.

Kooles stukjes in de Volkskrant worden buitengewoon goed gelezen. Kennelijk hebben we er behoefte aan over de schutting van de buurvrouw te kijken. De blik over de schutting geeft ons vergelijkingsmateriaal. Liefde en verlangen zijn ook maar verwarrend. Terwijl we onze carrière gedeeltelijk of geheel kunnen plannen en ons tegen allerhande onheil kunnen verzekeren, zijn er in de liefde geen duidelijke regels. Niets lijkt zo oncontroleerbaar en zo slecht af te dwingen. Maar verschaft de verzameling interviews van Koole ook diepere inzichten of blijft het bij een spelletje sociaal vergelijken?

Niet-nuchtere Nederlanders


In haar korte ‘Vooraf’ vertelt Koole direct wat zij geleerd heeft van de interviews: de nuchtere Nederlander bestaat niet. Hiernaast benadrukt ze dat de verhalen haar geholpen hebben zich te verzoenen met de onvolmaaktheid van de liefde, en haar geleerd hebben mededogen te hebben met die claxonnerende klootzakken van een Hollanders. De liefde maakt het iedereen moeilijk en dat gedeelde leed stemt mild.

Fijn dat Koole empathischer is geworden, maar na honderden interviews verwacht je meer inzichten, een kleine analyse van dwarsverbanden, wetmatigheden. Met haar had hij wel seks laat die kans liggen. Met haar had hij wel seks is, botweg, een ratjetoe. Een simpele bundeling van populaire stukjes, zonder overkoepelend concept. Een cynische uitgave: we hoeven er weinig moeite in te steken, verkopen zal het toch wel. De indeling in hoofdstukken met titels als ‘Vonk’, ‘Onmogelijke liefde’, ‘Geduld’ en ‘Overgave’ doet kunstmatig aan en met slechts drie of vier stukjes per deel vallen er inderdaad weinig conclusies te trekken. Behalve dan dat we niet nuchter zijn, maar dat kan natuurlijk ook liggen aan de selectie van geïnterviewden.

Hoogdravend


Dat is belangrijke informatie die ontbreekt: hoe kwam Koole aan deze mensen en waarom heeft ze juist deze interviews uitgekozen voor de bundel? Waar haalt ze toch al die jongemannen vandaan die zulke walgelijk hoogdravende dingen zeggen? ‘We wandelden langs de haven en meteen was er weer die betoverende vertrouwdheid die mijn anders zo stroeve woorden als glanzende parels uit mijn mond liet vallen.’ Of:

Maar toen mijn mond de hare raakte, ik de lippen proefde die precies de goede smaak en vochtigheid bezaten, toen ik mijn tong naar binnen duwde, maakte zich een lichtzinnigheid van mij meester, die mij onverschillig maakte voor zelfs de meest geërgerde blikken van voorbijgangers.

Werkelijk? Is hier sprake van te ijverig redigeerwerk of praatten de geïnterviewden echt als personages uit de Bouquet Reeks? Dergelijke passages schreeuwen om commentaar, maar Koole blijft stil.

De liefde moe
Of geeft Koole toch impliciet commentaar via de volgorde van de interviews? Tegen het einde wordt de triomfantelijke toon van de stukjes over ontrouw getemperd, doordat de bedrogenen aan het woord komen. En op de valreep, in het allerlaatste interview, wordt het belang van begeerte gerelativeerd. Alsof Koole er een beetje moe van is, al dat gedoe om verliefdheid en aanverwante vormen van milde waanzin.

Vermoeidheid is in elk geval wat mij overviel. Als columns werken Kooles stukjes, in boekvorm is de charme er snel af. Na drie, vier interviews wordt het ergerlijk, de navelstaarderij, het exhibitionisme. Misschien ben ik zo’n zeldzame nuchtere Nederlander, maar van mij mocht de buurvrouw haar kleren weer aantrekken en haar zweepjes weer opbergen. Na drie, vier interviews smachtte ik naar iets met substantie, een documentaire over mensenhandel, een ingewikkelde analyse van de financiële crisis, een neurologische beschouwing op wat dan ook, alles behalve deze opgeblazen leegte.

Niet alles is liefde, gelukkig.