Boeken / Non-fictie

De zondvloed deel 1

recensie: Boeken in de boekenweek

Vandaag, 15 Maart, gaat de boekenweek van start. Het thema BOEM PAUKENSLAG – schrijvers en muziek heeft heel wat stukjesschrijvers ertoe verleid om hun verhalen of artikelen in een boek te verzamelen. Met als gevolg dat we in die ene week overstroomd worden met een ware zondvloed aan boeken. 8WEEKLY zal de komende week proberen enige orde in de chaos te scheppen. Dit keer nemen we de pennevruchten van Adriaan Jaeggi, Joost Zwagerman en John Schoorl onder de loep.

Adriaan Jaeggi – Tromboneliefde

Onlangs attaqueerde Joost Zwagerman in NRC-Handelsblad Adriaan Jaeggi voor het initiëren van de Gouden Doerian – de prijs voor het slechtste literaire werk van het afgelopen jaar. Voornaamste kritiekpunt van Zwagerman luidde dat Jaeggi geen recht heeft zo hoog van de toren te blazen. De huidige stadsdichter van Amsterdam werd als een rancuneuze b-schrijver weggezet.

~

Zonder je in deze bescheiden polemiek te willen mengen, kan je aan de hand van het handzame boekje Tromboneliefde vast stellen dat Jaeggi niet wars is van zelfspot. Zonder zich in te houden schildert hij hierin de pijnlijke afwijzingstocht langs vier conservatoria. Zijn grootste wens – trombonist zijn – wordt verhinderd door een gebrek aan talent. Zelfs als hij reeds vele jaren ouder is en met jazzbands in het hele land heeft opgetreden, wordt hij toch weer met de neus op dat vervelende feit gedrukt. Als Jaeggi zijn gehavende schuiftrompet naar de reparateur brengt, is de laatste ontstemd over diens onwetendheid inzake het schoonmaken van het instrument. ‘Er zijn maar weinig mensen die iets van trombones begrijpen’, zucht de reparateur. Wat keihard moet aankomen bij een man die hopeloos verslingerd is aan diezelfde trombone.

Jammer aan Tromboneliefde is dat Jaeggi niet uitlegt waarom het opvallende geluid van de schuiftrompet hem zo boeit. Hij verklaart de liefde voor het instrument slechts vormelijk: ‘De smetteloze gladheid van de buizen, de spartaanse eenvoud van de S-vorm uitlopend in de uitdagende, sexy flare van de beker, het doet niet onder voor het erotisch geladen lijnenspel van een Lamborghini of een Angelina Jolie.’ Het samengeraapte en onvolledige karakter van dit anekdotenboekje zorgt ervoor dat Tromboneliefde een hap-slik-weg-tussendoortje is. Ternauwernood een introductie op de trombone, en/of op Adriaan Jaeggi zelf. (Jurgen Tiekstra)

Uitgever: Nieuw Amsterdam • Prijs: € 14,50 (gebonden) • 144 pagina’s • ISBN 90 468 0039 3 • incl. cd met drie nummers

Joost Zwagerman – Perfect Day en andere popverhalen

Joost Zwagerman (1963) grijpt zijn kans. Als groot liefhebber van popmuziek schrijft hij al een aantal jaren korte essays en artikelen over Nederlandse en internationale muzikanten. Die stukken verschenen onder andere in het inmiddels opgeheven popliterair tijdschrift Payola, maar ook in de Volkskrant en NRC-Handelsblad. Het thema van de boekenweek biedt hem de uitgelezen mogelijkheid om al deze essays te bundelen. Het resultaat: Perfect Day, een soort greatest hits met bonustrack.

Joost Zwagerman tijdens <i>Het voorwoord</i>, foto: Ro Halfhide
Joost Zwagerman tijdens Het voorwoord, foto: Ro Halfhide

Perfect Day bevat een bonte verzameling van essays en interviews over popmuziek. De keuzes van Zwagerman zijn niet altijd even verassend. Aan de hand van de grootheden Madonna en Prince schetst hij de ontwikkelingen van de popmuziek en de popfotografie wordt besproken aan de hand van de foto’s van Anton Corbijn en Annie Leibovitz. Ook de interviews met grootheden uit de Nederlandse rock, zoals Huub van der Lubbe van De Dijk en Barry Hay van Golden Earring, verrassen niet echt. Maar een essay over De Jeugd van Tegenwoordig, waarin Zwagerman parallellen trekt met H.J.A. Hofland en Michel Houellebecq, heeft bijvoorbeeld wel weer een interessante insteek. Perfect Day leest als een naslagwerk, wat nog eens versterkt wordt door het uitgebreide register. Deels heeft dit ook met de ‘gedateerdheid’ van sommige essays te maken.

Liefhebber

Hoewel Zwagerman veel van muziek af weet, zijn de essays vooral geschreven door een liefhebber. Popmuziek is voor hem belangrijk en natuurlijk geeft hij aan wat hij wel goed vindt en wat niet, maar op hele grote uitspraken zal je hem niet betrappen. In zijn essay Tussen High Fidelity en popfundamentalisme geeft Zwagerman duidelijk aan wars te zijn van het elitarisme dat sommige popliefhebbers/-kenners kenmerkt. In zijn essay beschrijft hij vermakelijk en herkenbaar hoe sommige liefhebbers er, net als in het boek High Fidelity van Nick Hornby, een dagtaak van maken om lijstjes te maken met muziek voor de maandagochtend; of hoe deze liefhebbers de mensen om hen heen verketteren op grond van hun muzieksmaak. Zulke liefhebbers houden zich tegenwoordig veel op het internet op. Hun liefde voor de muziek is misschien wel gemeend, maar ze slaan volledig door in de fundamentalistische wijze waarop ze de hoge waarden die popmuziek zou vertegenwoordigen, verdedigen.

Hier distantieert Zwagerman zich van. Hij heeft het ‘puberale luisteren’ achter zich gelaten. Perfect Day is daardoor geen muziekbijbel waarin alleen het onderscheid maken van belang is. De essays zijn vooral geschreven vanuit het grote plezier ontstaan bij het beluisteren van een plaat of bij de ongebreidelde interesse naar een persoon. Dan blijft een liefhebber over. Zwagermans blik wordt niet vertroebeld door het ijzeren oordeel, maar hij geeft een helder en scherp beeld van popmuziek (Wytske Visser)

Uitgever: Arbeiderspers • Prijs: € 18,50 (paperback) • 364 pagina’s • ISBN 9029563303

John Schoorl – Een soulman in de Achterhoek

Een soulman in de Achterhoek van de Volkskrant-verslaggever John Schoorl is volgens de inleiding “een rondrit door het Nederland van muzikale dromen en nachtmerries.” Van Reli-rapper tot hardcore hardrock, van Achterhoekse soul tot Limburgse levensliederen, het passeert allemaal de revue. Schoorl laat de vreugde zien die muziek kan brengen, maar toont ook de leegte die zij soms achterlaat. De verhalen zijn doordrenkt met melancholie en een haast ontastbaar lijden. Veel verhalen gaan over one-hit-wonders en eenzaam gestorven vedettes.

In achttien prachtige miniatuurtjes worden Kaapverdische grootheden, drummende vuilnismannen en bejaarde soulzangers in hoog tempo aan de lezer voorgesteld. Binnen enkele pagina’s wordt er een beeld geschetst van de muzikale loopbaan van de artiest en het daarbij behorende verhaal. Schoorl heeft weinig woorden nodig om een artiest of band te portretteren. Daarbij weet hij je zo voor de verschillende musici te interesseren dat je onmiddelijk meer over hen wil weten.

Een mooi voorbeeld is het verhaal Twee meter pijn over Backfire! Drummer Richard Bruinen. De tragiek van een ruige, twee meter lange, kale, getatoeëerde rocker die zelfmoord pleegt omdat zelfs de muziek hem niet kan redden van zijn innerlijke verdriet, is ronduit aangrijpend. De strijd tussen de vreugde van het muziek maken en de pijn van het verleden is liefdevol opgetekend en laten de lezer met een brok in de keel achter. (Erik Meijers)

Uitgever: Uitgeverij 521 • prijs € 15,90 (paperback) • 128 pagina’s • ISBN 9049970036

Lees ook: Boekenweek 2006 – een overzicht