Boeken / Fictie

Lees Grunberg tot het lachen je vergaat

recensie: Arnon Grunberg - Grunberg rond de wereld

Ik wil hier een lans breken voor Arnon Grunberg. En nu eens niet voor de grappige of de nihilistische (Nietzscheaanse zo u wilt) Grunberg, maar voor de analytische. Laat ik duidelijk zijn. Ik ben geen groot liefhebber van zijn romans. Die zijn vaak uitdagend en grappig, maar door de gewildheid, de opgelegd pijnlijke ervaring van de wereld zijn ze ongevaarlijk en literair haast risicoloos (pas op: ook met deze restricties behoren ze tot de beste boeken die er vandaag de dag verschijnen in ons taalgebied, maar dat zegt meer over Grunbergs generatie). Natuurlijk gaat Gstaad 95-98 bijvoorbeeld over belangwekkende en verontrustende thema’s als incestueuze en pedofiele relaties, maar uiteindelijk is slechts de eenzaamheid het onderwerp van het boek. De kille medogenloosheid waarmee de misdaden worden gepleegd, speelt zich slechts af op een zeer locaal niveau. Het is de bedrieger-hoofdpersoon die het aangaat. De wereld staat daar los van.

Heel anders gaat het in wat Grunbergs nevenwerk lijkt te zijn. In 2001 publiceerde hij bijvoorbeeld zijn in opdracht geschreven eigentijdse bewerking van Erasmus’ Lof der zotheid onder de ironische titel De mensheid zij geprezen. Ondanks het feit dat hij er de Gouden Uil mee won, werd het boek met gemengde gevoelens onthaald. Wat moesten we hier nu precies mee aanvangen? Was het een zoveelste spelletje van Grunberg? Moesten we hier maar weer eens hartelijk om lachen om daarna weer een echte roman te pakken? Maar hartelijk lachen om De mensheid zij geprezen ging een groot deel van de lezers niet zo gemakkelijk af. Deze keer was de aanpak van Grunberg wel heel navrant. Zelfs in academische kringen werd er met verbazing naar dit boekje gekeken.

Controversieel

De analyticus Grunberg is ook terug te vinden in zijn laatste boek, Grunberg rond de wereld, een selectie uit de columns die hij schreef voor NRC Handelsblad. We vinden Grunberg terug op vele plekken op de aarde. Dan weer eens in Engeland waar hij gastdocent is, dan weer eens in Brussel for no particular reason, later weer eens in Dublin waar hij een huis huurt voor de broodnodige rust, maar vooral in New York waar hij woont en werkt. Die laatste stad is ook het decor voor zijn meest controversiële bijdrage, die hem destijds op vele boze reacties van verontruste NRC-lezers kwam te staan.

Schande

Op 11 september 2001 zit Grunberg op een terras in New York. Een ober komt naar buiten gerend en zegt dat er een vliegtuig in een van de torens van het WTC is gevlogen. In het verhaal zetten Grunberg en zijn verloofde het gesprek voort, zien een vliegtuig erg laag over vliegen en niet lang daarna stormt de ober een tweede keer naar buiten: ook de tweede toren is geraakt. Grunberg gaat naar huis, maar haalt eerst zijn was nog even op, want ‘ik was van plan die ochtend mijn schone lakens op te halen en ik houd er niet van mijn plannen in de war te laten schoppen door derden’. De volgende dag is de vraag waar hij een fatsoenlijke maaltijd zou kunnen krijgen de grootste van zijn zorgen. Wie nog leeft moet immers aan eten denken. ‘Ik ga die plicht toch niet verzaken door een paar op hol geslagen geitenhoeders?’ Het waren dergelijke haast wereldvreemde opmerkingen die de woede van de krantenlezer voedden. Grunberg lijkt niet in het minst aangeslagen te zijn door een ramp van grote omvang die zich bovendien in zijn eigen stad afspeelde. Een schande!

Onzichtbare almacht

Of niet? Kan het ook zijn dat zijn reactie de meest zinnige was die kort na die berucht elfde september werd gepubliceerd? Want waarom laat het hem allemaal zo koud? Het zijn zijn zaken niet. Het is een gevecht tussen twee groepen – de Unter- en Übermenschen – die elkaar met Gods zegen bestrijden. Het ontlokt Grunberg de opmerking: ‘wat ik sympathiek vind aan de nazi’s is dat ze tenminste God erbuiten lieten’. Hoe kwetsend zoiets voor sommige mensen ook moge zijn, het is alweer een scherpe analyse. De huidige regimes verschuilen zich achter de waarden van een onzichtbare almacht. En de slachtoffers? Het eerste slachtoffer is het gezond verstand van de mensen die zich verbonden denken te weten met een van de twee dwalende partijen. Het tweede slachtoffer zijn de burgers van de wereld. Zij zijn niets meer dan collateral damage. Ingecalculeerde doden, noodzakelijke slachtoffers voor het bereiken van een hoger doel. ‘Als we ons er nou bij neerleggen dat we dat zijn, dat dat de diepste betekenis is van het woord ‘mens’, kunnen we iets minder hysterisch door het leven, en hoeven we ons straks ook niet zo bekocht te voelen.’

Zwakke maag

Koud? Immoreel? Nee, Grunberg legt de vinger op de zere plek. Hij analyseert van tijd tot tijd deze kapotte wereld met grote accuratesse. Je wordt er natuurlijk niet vrolijk van. Gelukkig maar, zou ik zeggen. Mensen met een overgevoelig gemoed en een zwakke maag doen er goed aan dit deel van het oeuvre van Grunberg over te slaan, voor de rest is het zaak af en toe eens te kijken wat Arnon Grunberg er van vindt. En lach niet alles bij voorbaat weg, er zou wel eens iets zeer belangrijks kunnen staan.