Film / Films

Schandalen en echte liefde hand in hand

recensie: Bright Young Things

Bright Young Things speelt zich af in de jaren dertig en veertig van de vorige eeuw. De roddelpers volgt de High Society (‘bright young people’) in Engeland met grote belangstelling. Fotografen en journalisten leggen de schokkende levensstijl en de vele party’s in beeld en woord vast. De verkoopcijfers van de dagbladen stijgen per schandaal.

~

De jonge Adam Symes, een rol van debutant Stephen Cambell Moore, reist naar huis na in Frankrijk een roman te hebben geschreven. De Engelse douaniers nemen zijn boek in beslag, omdat ze denken dat Bright Young Things, geschreven onder het pseudoniem van Sue de Nimes, een vulgair en aanstootgevend boek is. In Londen sluit Symes zich opnieuw aan bij de groep excentriekelingen waar hij eerder deel van uitmaakte. Hij wint en verliest geld, besluit te trouwen, maar moet het huwelijk uitstellen en wordt roddeljournalist voor een dagblad. Hij zuigt verhalen uit zijn duim en houdt zo Londen in de greep. Dagelijks presenteert hij nieuwe en grotere schandalen. De Tweede Wereldoorlog doorbreekt alle sensatie en avonturen en vraagt creativiteit om te overleven.

Problemen

Acteur Stephen Fry debuteert met deze film als regisseur. Eerder speelde hij in films als Wilde en The Discovery Of Heaven. Hij regisseerde niet alleen dit debuut, maar schreef ook het script. De film is gebaseerd op de roman Vile Bodies van Evelyn Waugh uit 1930. Fry opent de film wervelend en laat in levendige scènes de high society in al haar grillen en nukken zien. Hij heeft met Bright Young Things een satire en een komedie gemaakt, terwijl hij tegelijkertijd op een knappe manier een liefdesverhaal vertelt. Alle perikelen met relaties en de geldproblemen kunnen niet voorkomen dat Adam als soldaat de oorlog in moet en dat zijn liefde voor de verwende en egocentrische Nina echt blijkt te zijn.

Cheques

Bright Young Things is een snel gesneden film, waarin de karakters niet al te diepgravend worden neergezet. De toeschouwer krijgt echter steeds meer sympathie voor de schandalen veroorzakende jongelingen. Ze teren op de zak van vader of vreten en zuipen zich vol op feesten van politici. Fry weeft prachtige kleine rollen door de film. Peter O’Toole, de aanstaande wat seniele schoonvader van Symes, ondertekent in al zijn vrijgevigheid zijn cheques met Charlie Chaplin. Dan Aykroyd speelt de hoofdredacteur als een Rupert Murdoch in de vorige eeuw. Hij rookt dikke sigaren en stelt veel eisen aan zijn voetvolk. Het doorlopende verhaal van de jonge excentrieke losbollen en de kleine imponerende bijrollen geven Bright Young Things een mooi rond karakter. Naast de grote verhaallijn heeft Fry oog voor kleine zaken en lardeert hij zijn droge gevoel voor humor door de scènes.

Winst

Bright Young Things is een leuke, goed gemaakte film die de teloorgang van een generatie en de afschrikkingen van een oorlog op een spottende en opgewekte manier in beeld brengt. Ondanks al het verlies wint de kijker. En dat is een groot compliment voor dit debuut van Stephen Fry.

Film / Films

Hagelstenen als bowlingballen

recensie: The Day After Tomorrow

De uitdrukking “less is more” gaat voor sommige regisseurs niet echt op. Roland Emmerichs Das Arche Noah Prinzip uit 1984 is met 1.000.000 DM de duurste studentenfilm ooit gemaakt en zijn budgetten zijn er sindsdien niet bepaald minder op geworden. We kennen de van oorsprong Duitse regisseur inmiddels van big-budgetfilms als Stargate (1994), Independence Day (1996) en The Patriot (2000). Nu is Emmerich terug met de rampenfilm The Day After Tomorrow. Het is duidelijk: voor Roland Emmerich is less niet more. Nee, more is more.

~

Het plot achter The Day After Tomorrow is simpel: klimatoloog Jack Hall (Dennis Quaid) voorspelt al jaren dat er als gevolg van klimaatveranderingen vroeg of laat een nieuwe ijstijd zal komen. Helaas voor Jack en de rest van de wereld komt deze ijstijd toch echt vroeg. Wanneer Jack ontdekt dat het gehele noordelijk halfrond binnen korte tijd zal veranderen in een ijslandschap probeert hij wanhopig de president te waarschuwen. Er wordt echter pas naar hem geluisterd als het eigenlijk al te laat is. Terwijl half Amerika richting Mexico evacueert, trekt Jack richting New York om zijn zoon Sam (Jake Gyllenhaal) te redden.

Sentiment

~

Als regisseur Emmerich ergens goed in is – behalve in veel geld uitgeven – dan is het wel in het opwekken van een mateloze irritatie door een aanzienlijke hoeveelheid (Amerikaans) sentimentaliteit. Het orkest zwelt aan, de Amerikaanse vlag wappert en tranen vullen de ogen van de door krachtige woorden ontroerde helden. Het deed Independence Day bijna de das om, om nog maar niet te zwijgen van The Patriot. Het is dan ook opvallend dat Emmerich zich in The Day After Tomorrow, die hij net als Independence Day zelf schreef, zo goed heeft kunnen inhouden.

Vloedgolf

Dat de voor Emmerich gebruikelijke dosis sentimentaliteit voor het grootste gedeelte achterwege is gelaten, komt de film alleen maar ten goede. Op deze manier kan er meer tijd gestoken worden in datgene waar het echt om draait: de actie. Want daar ontbreekt het niet aan in The Day After Tomorrow. Om de verschillende natuurrampen in beeld te brengen, van hagelstenen zo groot als bowlingballen tot een torenhoge vloedgolf die New York overspoelt, is veelvuldig gebruik gemaakt van special effects. Ik moet toegeven: alles ziet er fantastisch uit. Vooral de tornado’s die LA teisteren en de stad verwoesten zijn verbazingwekkend realistisch.

Grappige nerd

De film kent verder dezelfde opbouw als Independence Day: er worden verschillende sleutelfiguren gevolgd in een tijd die de wereld voor altijd zal veranderen. The Day After Tomorrow is echter relatief klein opgezet en volgt naast Jack Hall en zijn familie slechts enkele anderen, waaronder wetenschapper Terry Rapson (gespeeld door sir Ian Holm). De overige personages zijn daarnaast erg sympathiek (denk aan de grappige nerd waarmee zoon Sam bevriend is), waardoor je als kijker echt gaat hopen dat er verder niemand wordt getroffen door laag overvliegende billboards, verscheurd wordt door hongerige wolven of in enkele seconden wordt omgetoverd tot een ijssculptuur.

Intens kijkplezier

The Day After Tomorrow is een big budget rampenfilm met slechts één doel: entertainen. En dat is goed gelukt. Door de geweldige special effects en het vlotte verhaal zit er genoeg vaart in om het spannend te houden, maar gelukkig telt de film ook genoeg rustpauzes waarin de kijker weer even op adem kan komen. Regisseur Emmerich heeft er goed aan gedaan de sentimentaliteit in te tomen en de verwikkelingen zo simpel mogelijk te houden. Op deze manier komt de actie het best tot zijn recht en dat zorgt hier en daar voor intens kijkplezier. Qua budget weet Emmerich echter nog steeds niet van ophouden: met 125 miljoen dollar is The Day After Tomorrow zijn duurste film ooit.

Film / Films

Vergezochte misdaadthriller

recensie: Out of Time

Wie kun je het best casten voor een rol als politieagent die een beetje fout zit, maar wie je het toch niet kwalijk kan nemen? Juist, Denzel Washington. De rol die hij speelt in Out of Time is hem op het lijf geschreven. De tagline van deze film luidt: “How do you solve a murder when all the evidence points to you?” Oftewel, hij is de politieman met twee gezichten.

~

Qua verhaal heeft Out of Time niet veel om het lijf. Na een dubbele moord in Banyan Key moet inspecteur Whitlock (Denzel Washington) tot het uiterste gaan om zijn onschuld te bewijzen. Een van de slachtoffers (Sanaa Lathan) is de vrouw die Whitlock in het geheim ontmoette. En het verhaal wordt gecompliceerd als de vrouw (Eva Mendes) met wie Whitlock in scheiding ligt hem zal moeten helpen bij het oplossen van deze zaak. Ben je er nog bij? Dan vertel ik je tussen neus en lippen ook nog even dat Whitlock drugsgeld heeft ‘geleend’ van het bureau om z’n geheime vriendinnetje te helpen en dat geld moet weer boven water komen. Het is allemaal een beetje ver gezocht.

In de nesten

~

Misdaadthrillers uit de jaren 40 zijn de inspiratiebron geweest voor scenarioschrijver David Collard. En dan vooral van die films met een verhaallijn waarin de hoofdpersoon zich dusdanig in de nesten werkt dat hij er zich niet meer makkelijk uit kan praten. No Way Out uit 1986 met Kevin Costner was ook zo’n soort film. Dus origineel kan je Out of Time niet meer noemen.

Oscar

En echt van het grote doek afspetteren doet ‘ie ook niet. Out of Time is in het begin zelfs tamelijk traag. Tot de tijd gaat tikken natuurlijk, want dan wordt het alsnog een aardig filmpje. Op de een of andere manier is er toch een spanning opgebouwd en weet Washington je mee te trekken in het verhaal. Dat doet hij heel goed. Niet voor niets is hij een van de meest begeerde acteurs in Hollywood en kreeg hij de Oscar voor z’n rol in Training Day niet omdat hij er zo leuk uitziet.

Op de bank

Moet hij zich dan schamen omdat hij nu in een niet erg hoogdravende film speelt? Welnee, hij is zelfs degene die deze film een beetje omhoog krikt en waarschijnlijk heeft hij een geweldige tijd gehad tijdens het opnamen ervan. Maar briljant is deze film niet, eerder nogal ongeloofwaardig met vreemde plotwendingen. Desondanks weet de film je aandacht vast te houden in 114 minuten. Out of Time is leuk genoeg om ’s avonds een keer onderuit gezakt op de bank te bekijken.

Muziek / Album

Prachtige comeback van een fenomeen

recensie: Morrissey - You Are The Quarry

Dit jaar is het twintig jaar geleden dat het eerste album van The Smiths verscheen en grote indruk maakte in het Verenigd Koninkrijk. Zanger Morrissey en gitarist Johnny Marr waren de twee pijlers waarop deze uiterst invloedrijke gitaarband rustte. In 1987 verliet Marr The Smiths, wat het eind van de band betekende, maar tegelijk ook de solocarrière van Morrissey inluidde. In 1988 verscheen zijn eerst plaat Viva Hate, waarmee hij opnieuw hoge ogen gooide. In totaal leverde Morrissey zes studioplaten af voordat zijn nieuwe album You Are The Quarry verscheen. Een plaat die maar liefst zeven jaar op zich liet wachten (nou ja, veel mensen hadden hem niet eens meer verwacht), maar op geen enkel punt teleurstelt.

~

De hoes waarop de extreem ijdele Morrissey prijkt met een tommy gun in de aanslag zegt eigenlijk al genoeg over het album. Hij is nog even scherp en recht door zee als altijd. Als geweerschoten worden de vaak oercynische teksten op je afgevuurd. De plaat begint met messcherpe observaties gericht op het Amerika dat hij eigenlijk liefheeft: “America / Your head’s too big / because America / your belly’s too big” en later: “America / it brought you the hamburger / well America / you know where you can shove your hamburger.” Morrissey houdt zich geen moment in, vooral niet wanneer het gaat over het gezag (“policewomen, policemen, silly women, taxmen – uniformed whores they wish to hurt you work within the law”) maar ook hijzelf en zelfs Jezus moeten er aan geloven in I Have Forgiven Jezus, How Can Anbybody Possibly Know How I Feel en Let Me Kiss You.

Die stem!

Hoeveel artiesten hebben nog zo’n eigen geluid als Morrissey en wat een invloed heeft die man wel niet gehad? Het zal niet voor niets zijn dat Britse bands als Suede, Starsailor en meer actueel The Veils klinken zoals ze klinken. Morrissey heeft onmiskenbaar een van de meest karakteristieke meeslepende stemmen in de wereld van de popmuziek en een enorm talent voor het schrijven van fantastische theatrale popliedjes. Voor The Smiths schreef hij samen met Marr al ultieme klassiekers als There’s A Light That Never Goes Out en Bigmouth Strikes Again. Op You Are The Quarry is zijn pen nog sterk als altijd. Met Irish Blood, English Heart brengt hij een eerste single die impliciet schreeuwt om hernieuwde aandacht voor dit Engelse fenomeen. Aandacht die hij inmiddels terecht in grote mate heeft gekregen van vooraanstaande figuren als Jonathan Ross en Jools Holland.

Nog maar 45

Morrissey is helemaal terug met een uiterst gedreven plaat die staat als een huis. Een geïnspireerd album van een fantastische tekst- en songschrijver, die (met ups en downs) al twintig jaar eigenzinnigheid achter de rug heeft. Een man die dacht dat het eigenlijk allemaal al gebeurd was, wat blijkt uit de afsluiter You Know I Couldn’t Last. You Are The Quarry is echter een geheel nieuwe hoofdstuk dat hopelijk niet de afsluiter is van deze fantastische carrière. Ach, die vent is ook nog maar 45, hij kan met een beetje goede wil de duur van zijn loopbaan nog met gemak verdubbelen.

Muziek / Album

Kravitz wordt niet mooi oud

recensie: Lenny Kravitz – Baptism

Lenny Kravitz is een stadionrocker pur sang geworden. Hij staat op pinkstermaandag voor de vierde keer op Pinkpop als een van de headliners en verkocht al vele kaarten voor zijn concert op 17 juni in de Amsterdam Arena. Het schijnt zelfs dat men verwacht minder kaarten te verkopen voor Pinkpop omdat Kravitz, die Pinkpops duurste act ooit is, ook in de Arena speelt. Misschien niet echt handig geboekt, zullen we maar zeggen. Degene die daar echter het minst mee zal zitten is Kravitz zelf, die zijn graantje meepikt en ongetwijfeld weer miljoenen exemplaren verkoopt van zijn nieuwste album Baptism.

~

En hoe is Baptism? Ik denk dat Kravitz op deze plaat zijn status van mainstream rockster meer dan waarmaakt. Hij gaat namelijk meer en meer als überstadionrocker Bon Jovi klinken. En dat bedoel ik niet op een positieve manier. Op dit album, dat hij overigens bijna helemaal alleen inspeelde, kun je Kravitz slechts sporadisch betrappen op een interessante bijdrage aan het muzikale landschap. Het album begint niet slecht met het wat narcistische, doch lekkere nummer Minister of Rock ’n Roll: “I can heal you, I can save your soul.” Maar dan dondert de zaak meteen in elkaar met het zouteloze I Don’t Wanna Be A Star: “Just want my Chevy and an old guitar.” Ja ja, als iemand toch altijd het stijlicoon heeft willen zijn is dat meneer Kravitz wel. Hij ziet er overigens tegenwoordig ook uit als Bon Jovi er uitzag in de tijd van Bed of Roses.

Genie van vroeger

En ja hoor, ook de veel te frequent voorkomende ballads (wederom à la BJ) zijn saai en duren veel te lang. Kravitz lijkt niet meer over de capaciteiten te beschikken om nummers interessant te houden. Met name ballads als Calling All Angels, The Other Side en What Did I Do With My Life doen deze plaat geen goed. Deze tearjerkers steunen vaak op een traag gitaar- of baslijntje en een flinterdunne, weinig geïnspireerde zanglijn. Jammer dat de oude energieke, rauwe Lenny Kravitz niet vaker om de hoek komt kijken. Slechts zelden hoor je iets terug van het genie van vroeger. Het funky Sistamamalover is een te gek swingnummer à la Prince en het poppy California is net zo lekker als de rock ’n rollsingle Where Are We Runnin’?. Verder is Storm samen met Jay-Z nog het vermelden waard, maar dan is het ook echt gebeurd met de hoogtepunten.

Op deze manier wordt Kravitz niet mooi oud. Voor iemand die in de jaren negentig toch een bijna legendarische status heeft opgebouwd met albums als Let Love Rule, Mama Said en Are You Gonna Go My Way? is dit zevende album ver onder de maat. Zijn geluid uit die tijd is nu bijna geheel verdwenen en heeft plaatsgemaakt voor een middelmatige rocksound. Ook het imago van dit voormalige stijlicoon is niet meer wat het geweest is. Maar het publiek blijft komen. Ik vraag me echter af of men op Pinkpop wel zit te wachten op Baptism. Elk nummer dat Lenny van deze plaat speelt gaat nou eenmaal ten koste van een oudje als Mr. Cab Driver of Are You Gonna Go My Way.

Boeken / Fictie

Lees Grunberg tot het lachen je vergaat

recensie: Arnon Grunberg - Grunberg rond de wereld

Ik wil hier een lans breken voor Arnon Grunberg. En nu eens niet voor de grappige of de nihilistische (Nietzscheaanse zo u wilt) Grunberg, maar voor de analytische. Laat ik duidelijk zijn. Ik ben geen groot liefhebber van zijn romans. Die zijn vaak uitdagend en grappig, maar door de gewildheid, de opgelegd pijnlijke ervaring van de wereld zijn ze ongevaarlijk en literair haast risicoloos (pas op: ook met deze restricties behoren ze tot de beste boeken die er vandaag de dag verschijnen in ons taalgebied, maar dat zegt meer over Grunbergs generatie). Natuurlijk gaat Gstaad 95-98 bijvoorbeeld over belangwekkende en verontrustende thema’s als incestueuze en pedofiele relaties, maar uiteindelijk is slechts de eenzaamheid het onderwerp van het boek. De kille medogenloosheid waarmee de misdaden worden gepleegd, speelt zich slechts af op een zeer locaal niveau. Het is de bedrieger-hoofdpersoon die het aangaat. De wereld staat daar los van.

Heel anders gaat het in wat Grunbergs nevenwerk lijkt te zijn. In 2001 publiceerde hij bijvoorbeeld zijn in opdracht geschreven eigentijdse bewerking van Erasmus’ Lof der zotheid onder de ironische titel De mensheid zij geprezen. Ondanks het feit dat hij er de Gouden Uil mee won, werd het boek met gemengde gevoelens onthaald. Wat moesten we hier nu precies mee aanvangen? Was het een zoveelste spelletje van Grunberg? Moesten we hier maar weer eens hartelijk om lachen om daarna weer een echte roman te pakken? Maar hartelijk lachen om De mensheid zij geprezen ging een groot deel van de lezers niet zo gemakkelijk af. Deze keer was de aanpak van Grunberg wel heel navrant. Zelfs in academische kringen werd er met verbazing naar dit boekje gekeken.

Controversieel

De analyticus Grunberg is ook terug te vinden in zijn laatste boek, Grunberg rond de wereld, een selectie uit de columns die hij schreef voor NRC Handelsblad. We vinden Grunberg terug op vele plekken op de aarde. Dan weer eens in Engeland waar hij gastdocent is, dan weer eens in Brussel for no particular reason, later weer eens in Dublin waar hij een huis huurt voor de broodnodige rust, maar vooral in New York waar hij woont en werkt. Die laatste stad is ook het decor voor zijn meest controversiële bijdrage, die hem destijds op vele boze reacties van verontruste NRC-lezers kwam te staan.

Schande

Op 11 september 2001 zit Grunberg op een terras in New York. Een ober komt naar buiten gerend en zegt dat er een vliegtuig in een van de torens van het WTC is gevlogen. In het verhaal zetten Grunberg en zijn verloofde het gesprek voort, zien een vliegtuig erg laag over vliegen en niet lang daarna stormt de ober een tweede keer naar buiten: ook de tweede toren is geraakt. Grunberg gaat naar huis, maar haalt eerst zijn was nog even op, want ‘ik was van plan die ochtend mijn schone lakens op te halen en ik houd er niet van mijn plannen in de war te laten schoppen door derden’. De volgende dag is de vraag waar hij een fatsoenlijke maaltijd zou kunnen krijgen de grootste van zijn zorgen. Wie nog leeft moet immers aan eten denken. ‘Ik ga die plicht toch niet verzaken door een paar op hol geslagen geitenhoeders?’ Het waren dergelijke haast wereldvreemde opmerkingen die de woede van de krantenlezer voedden. Grunberg lijkt niet in het minst aangeslagen te zijn door een ramp van grote omvang die zich bovendien in zijn eigen stad afspeelde. Een schande!

Onzichtbare almacht

Of niet? Kan het ook zijn dat zijn reactie de meest zinnige was die kort na die berucht elfde september werd gepubliceerd? Want waarom laat het hem allemaal zo koud? Het zijn zijn zaken niet. Het is een gevecht tussen twee groepen – de Unter- en Übermenschen – die elkaar met Gods zegen bestrijden. Het ontlokt Grunberg de opmerking: ‘wat ik sympathiek vind aan de nazi’s is dat ze tenminste God erbuiten lieten’. Hoe kwetsend zoiets voor sommige mensen ook moge zijn, het is alweer een scherpe analyse. De huidige regimes verschuilen zich achter de waarden van een onzichtbare almacht. En de slachtoffers? Het eerste slachtoffer is het gezond verstand van de mensen die zich verbonden denken te weten met een van de twee dwalende partijen. Het tweede slachtoffer zijn de burgers van de wereld. Zij zijn niets meer dan collateral damage. Ingecalculeerde doden, noodzakelijke slachtoffers voor het bereiken van een hoger doel. ‘Als we ons er nou bij neerleggen dat we dat zijn, dat dat de diepste betekenis is van het woord ‘mens’, kunnen we iets minder hysterisch door het leven, en hoeven we ons straks ook niet zo bekocht te voelen.’

Zwakke maag

Koud? Immoreel? Nee, Grunberg legt de vinger op de zere plek. Hij analyseert van tijd tot tijd deze kapotte wereld met grote accuratesse. Je wordt er natuurlijk niet vrolijk van. Gelukkig maar, zou ik zeggen. Mensen met een overgevoelig gemoed en een zwakke maag doen er goed aan dit deel van het oeuvre van Grunberg over te slaan, voor de rest is het zaak af en toe eens te kijken wat Arnon Grunberg er van vindt. En lach niet alles bij voorbaat weg, er zou wel eens iets zeer belangrijks kunnen staan.

Boeken / Achtergrond
special: Schrijfworkshop het Syndicaat

Talenten in de dop

“Dit is een beetje als wachten in de lift,” merkt Willem de Vlam op. Met een groep van zes man zitten we in een repetitieruimte van het Gasthuis in Amsterdam. Niemand kent elkaar en het wachten is op twee vertraagde deelnemers. Begeleidsters Annemarie Slotboom en Irene Kriek zijn bezig met koffiezetten, verder is iedereen stil. Wanneer uiteindelijk de ontbrekende schakels arriveren, worden de chocoladekoekjes, zakken snoep en flessen frisdrank tevoorschijn gehaald. De schrijfworkshop die jongerentheater het Syndicaat in teken van hun Schrijversdagen organiseert, kan beginnen.

De schrijfworkshop op donderdag 20 mei is voor iedereen boven de veertien toegankelijk. Na een korte introductieronde blijkt dat elke deelnemer van de workshop in ieder geval iets heeft met schrijven. De een heeft gewerkt als journalist, de ander heeft al menig kort verhaal op zijn naam staan en weer een ander heeft al de nodige ervaring met het schrijven van toneelteksten. Eén deelnemer hoopt zelfs binnenkort zijn eerste boek te publiceren. Niet iedereen heeft echter ook iets met theater. “Daar komt hopelijk verandering in,” aldus begeleidster Annemarie Slotboom. Slotboom is een jonge dramaschrijfster die in 2003 afstudeerde aan HKU, opleiding dramaschrijven. Voor het Syndicaat schreef ze eerder Onder een donker dak en tijdens de Syndicaat Schrijversdagen, die dit jaar voor de derde keer worden georganiseerd, begeleid ze samen met dramadocente Irene Kriek de workshops.

Bont gezelschap

Aan de muur hangt een reeks ansichtkaarten. Op elke ansichtkaart staan opvallende mensen afgebeeld. De opdracht: bekijk de kaarten en kies een personage uit waarmee je de rest van de les zal gaan werken. Mijn oog valt op een dikke man die in een zaal vol mensen met een aanzienlijk overgewicht spieroefeningen probeert uit te voeren. Ik doop de arme man George en neem hem mee naar mijn plaats aan de met snoep, bekers koffie, flessen frisdrank en papier overladen tafel. Nu is het tijd om de uitgekozen personages een gezicht te geven. Aan de hand van een lange vragenlijst krijgen we de opdracht onze personages de vereiste diepgang te geven. Wat is zijn of haar naam, hoe zit het met onzekerheden, heeft hij/zij veel of weinig vrienden, is hij/zij zelfstandig, mist hij of zij iets in zijn of haar leven? En ga zo maar door. Het resultaat is een bont gezelschap van zeer uiteenlopende persoonlijkheden.

Gebroken hart

Zo is daar Edith, een hippe klarinetspeelster die een relatie heeft met een trompettist/huisarts en emotioneel zeer beperkt is maar doet alsof ze de sentimentaliteit zelve is. Of Jack, de half Amerikaanse, half Nederlandse huurmoordenaar die zich niet hecht, maar de wereld over reist op zoek naar klanten. En Marie, een vrouw die koos voor haar cello in plaats van voor haar grote liefde en met een gebroken hart naar het Groningse plattenland verhuisde om zich hier te storten op eten en zelfmedelijden.

180 kilo

Dan is het tijd voor post. We krijgen de opdracht drie kaarten te verzenden naar de drie personages naast ons. Deze personages zullen vervolgens de ontvangen kaarten beantwoorden. Een half uur later heeft iedereen drie kaarten gestuurd en drie kaarten ontvangen. Automatisch zijn er situaties ontstaan waarop kan worden doorgegaan. Zo blijkt mijn George een briefrelatie te hebben met de mooie Eliza, die nu toch wel nieuwsgierig raakt naar haar trouwe penvriend en hem graag wil ontmoeten. De vraag is nu hoe zij zal reageren als ze erachter komt dat George toch echt 180 kilo weegt… Deze en soortgelijke situaties moeten nu worden uitgewerkt in de grote opdracht van vandaag: het schrijven van een dialoog.

Zingende meneer

Een half uur later lezen tweetallen de dialogen voor. Soms vormen handschriften enigszins een obstakel tot een soepele voordracht, maar hier en daar komen dialogen echt tot leven. Niek van der Horst, acteur bij het Syndicaat en speler in Ineen – een experimentele voorstelling die later die avond in het Gasthuis zal worden opgevoerd, komt ook even een kijkje nemen. Samen met een deelneemster waagt hij zich aan een bijna onleesbaar handschrift wat uiteindelijk toch resulteert in een erg leuke dialoog over een verstrooide, zingende meneer genaamd Harry die graag wil dansen met een meisje, maar keihard wordt afgewezen.

Schrijvende sterren

We zijn net begonnen met het bespreken van de stukken als we de zaal moeten verlaten – de workshop is inmiddels een uur uitgelopen en de zaal is voor vanavond gereserveerd. Toch jammer dat we de bespreking van de stukken niet konden afmaken. Volgens Slotboom is een lange inleiding echter noodzakelijk. “Beginnende schrijvers kiezen zichzelf vaak als hoofdpersonage. Door de opdrachten met de ansichtkaarten voorkom je dit: mensen worden gedwongen een heel apart personage te creëren.” Hebben de begeleidsters dan toevallig een talentvol schrijver tussen de deelnemers ontdekt? “Daar heb ik helemaal niet op gelet,” zegt Irene Kriek. “Het belangrijkste doel was voor ons het enthousiasmeren van de deelnemers. De meeste doen toch echt mee voor de lol. Als het ze beviel, kunnen ze altijd contact opnemen met het Syndicaat.” Slotboom voegt er trots aan toe: “Het Syndicaat biedt jonge schrijvers een kans om dramateksten te schrijven en er ook echt wat mee te doen. Het is een ingang voor gevorderden, maar ook voor beginners. En dat vind ik erg goed.”

Muziek / Album

Emocore met een briljante zanger

recensie: Face Tomorrow – The Closer You Get

“Dit is een verhaal over passie, intensiteit en eerlijkheid. Over vijf mensen die hun leven willen geven voor hetgeen waarin zij geloven. Face Tomorrow gaat niet over beroemd worden en niet over het volgen van de laatste trends. In een muzikaal landschap dat bewolkt wordt door neppe emoties, prefab troep en geldzoekers, wil Face Tomorrow het zilveren randje zijn.” Soms moet je niet denken dat je het als recensent beter kunt zeggen dan de band zelf. Face Tomorrow geeft op haar eigen website al duidelijk haar missie in de muziekwereld aan en maakt deze instelling helemaal waar. De passie voor muziek spat vanaf de eerste minuut van de CD.

~

Het vijftal Face Tomorrow (genoemd naar een nummer van de band Mouthpiece) bestaat sinds 1997, maar is in de loop der jaren vaak van bezetting gewisseld. De band heeft de publiekprijs van de Grote Prijs van Nederland uit 2001 op zak en bracht in het verleden in eigen beheer twee EP’s uit. Noorderslag en Lowlands volgden en de band deed de afgelopen twee jaar 250 optredens. Sinds 2002 staan ze bij Reflections onder contract. The Closer You Get is hun tweede plaat bij dit label, na het in 2002 verschenen For Who You Are. Met de single Sign Up en bijbehorende video en promotoer probeert de band nu definitief het land te overtuigen van haar kwaliteiten.

Gevarieerde plaat

The Closer You Get begint met een grunge-achtig gitaarintro, gevolgd door een mooie melodielijn in Back To The Starting Line. Een heldere en goed afgewerkte zangpartij blijkt direct het dominante kenmerk van de muziek te zijn. Zanger Jelle Schrooten weet een uitgebalanceerde combinatie van mooie melodieuze zang en ruige schreeuwpartijen neer te zetten. Het tweede nummer Sign Up doet af en toe een beetje denken aan The Offspring, terwijl bij het derde nummer Reflection op een lager tempo een degelijke rocksong wordt neergezet die eerder doet denken aan Muse. Al snel is dus duidelijk dat deze plaat erg gevarieerd is.

Helder eigen geluid

Het mooie van Face Tomorrow is dat de muziek zich niet in een hokje laat drukken en dat ze dus ook moeilijk te vergelijken is met al bestaande bands. Misschien dat The Spirit That Guides Us een beetje in de buurt komt, maar het werk van Face Tomorrow is een stuk melodischer. Voor de duidelijkheid zou je de muziek kunnen omschrijven als een combinatie van pop en punkrock, anderen noemen het ook emocore. De scherpe gitaarrock en frisse sound van de band zet een helder eigen geluid neer wat het meest tot zijn recht komt in het nummer Disappointment. Je zit niet te wippen op je stoel maar de muziek springt om je heen als een schuur vol zojuist vrijgelaten nertsen. De band slaagt er wonderwel in om je in elk nummer mee te slepen en hun geluid in je hoofd te tatoeëren.

Definitieve doorbraak

Elk nummer op The Closer You Get is uniek. Het geluid van Face Tomorrow is herkenbaar door een typische gitaarsound en de fantastische zanger, maar desondanks lijkt geen enkel van de twaalf songs op een ander. Daardoor blijft de plaat verrassen, ook als je hem al een groot aantal keer hebt gedraaid. Ik hoop dat de band tijdens de promotoer die er aan zit te komen veel succes heeft en binnenkort bij een groter publiek door mag breken. The Closer You Get is zeker het juiste album om de wereld te laten zien wat Face Tomorrow in haar mars heeft. Het ziet er dan ook naar uit dat dit album de definitieve doorbraak van de band inluidt.

Muziek / Album

Heruitgave nog steeds briljant

recensie: Faultine - Your Love Means Everything (re-issue)

Hee, er is een nieuwe Faultline uit! Oh nee, jammer, het is een heruitgave van het in 2002 verschenen Your Love Means Everything. Wel met een aantal veranderingen, die deze plaat daadwerkelijk een iets afwijkend geluid meegeven. Er is een aantal nummers verdwenen en enkele songs zijn toegevoegd. Beter? Nee, anders. Faultline is het project van de Britse producer/DJ David Kosten (o.a. Ben Christophers) die een aantal vooraanstaande vocalisten vroeg om een aantal van zijn nummers in te zingen. De plaat is voor het grootste gedeelte systematisch opgebouwd als instrumentaal/met zang/instrumentaal/met zang etc.

Your Love Means Everything, Kostens tweede plaat onder de naam Faultline, was al een van de beste platen van 2002. Een album als eenheid, met een prachtig overkoepelend, bijna buitenaards geluid. Kippenvel was het sleutelwoord. Op de nieuwe uitgave staat een cover van het Stones-nummer Wild Horses, wat bij mij nogal wat twijfel opriep omdat het nummer dat ik in gedachten had de balans op het album alleen maar zou verstoren. Toen ik echter het door songwriter Joseph Arthur ingezongen nummer hoorde, was ik om. Wat een bloedstollende, gelaagde versie en wat een prachtige toevoeging. Alleen voor dat nummer is deze heruitgave al de moeite waard.

Kosten en zijn All Stars

Verder werden nog twee andere tracks toegevoegd met Vordul Megilah en Ras B. Deze songs doen de plaat wat meer urban klinken. Vandaar dat Your Love Means Everything ook in deze nieuwe versie zeker de moeite waard is, wat een aantal nieuwe nummers en een andere volgorde wel niet kunnen doen voor een album. De plaat kent nog enkele prachtige bijdragen van Coldplays Chris Martin op het schitterende Where Is My Boy?, Flaming Lip Wayne Coyne op The Colossal Gray Sunshine en Michael Stipe van R.E.M. op Greenfields. Met zo’n line-up kun je toch niets meer fout doen?

Ook de instrumentale nummers zijn nog steeds meer dan de moeite waard in een nieuwe volgorde. De nieuwe uitgave van Your Love Means Everything is even majestueus als de eerste. Het is een plaat die opnieuw hoge ogen kan gooien wanneer de traditionele balans wordt opgemaakt aan het eind van het jaar. Of zou dat niet helemaal eerlijk zijn?

Theater

Absurde Teeuwen minder shockerend en subtieler

recensie: Hans Teeuwen - Industry of love

.

~

De carrière van Hans Teeuwen (1967) begon in 1991 toen hij met Roland Smeenk Camaretten won met de voorstelling Heist. Deze voorstelling werd gevolgd door de shows Hard en Zielig (1994), Met een Breiderdeck (1996), Trui (1999) en Dat dan weer wel (2001). Naast de shows in het theater was Teeuwen ook actief met Pieter Bouwman als improviserende Mannen van de radio (bij de VPRO) en met Bouwman en Gummbah in het programma Poelmo, slaaf van het zuiden (VPRO). Tot slot speelde Teeuwen nog in de film Jezus is een Palestijn en staat hij nog met Comedytrain op het podium. Het is je moeilijk voor te stellen dat Hans Teeuwen na al deze activiteiten nog steeds creativiteit over heeft om met Industry of love een vernieuwende show neer te zetten.

Sadistische trekjes

~

De humor die Teeuwen op zijn half-nasale toon met variërend duidelijk Brabants accent brengt is erg karakteristiek. Hij heeft de voorkeur om zich te verplaatsen in de rol van een mannetje met kleine sadistische trekjes. Zijn favoriete woord lijkt daarbij sarren te zijn. Ook heeft Teeuwen neiging tot vrij absurdistische trekjes zoals hij bijvoorbeeld over een satanskind praat: Die hoef je daar alleen maar even op het altaar te leggen en je hoeft alleen maar even met een hamer een houten pin zo pats door zijn hart heen te jensen. En dan is er verder niets aan de hand. Dit absurde aan het geheel maakt zijn humor juist lekker scherp en verrassend. Hoe komt die gozer erop?, vraag ik me regelmatig af.

Publiek in een deuk

Teeuwen rolt net als in zijn vorige shows van de ene situatie in de ander, zonder ogenschijnlijke samenhang. Maar dit wordt wel constant opgezweept door batterijen gepeperde grappen en rare opmerkingen (bij Circus Baf: “…en toen ging hij met een kwastje zijn zak blauw verven”). Het publiek van de Schouwburg in Amstelveen ligt eigenlijk de hele tijd in een deuk. De humor van Teeuwen geeft je geen tijd om op adem te komen, waardoor het bij wijze van spreke het zelfs grappig is als hij het woord ‘keukenmes’ uitspreekt. Zelfs de stem van Teeuwen is dan al grappig op zich. Het is briljant om te horen hoe hij die specifieke melige sfeer zo in de zaal weet te brengen.

Het koningshuis

De show eindigt met een behoorlijk lomp onderdeel over het koningshuis. In dit laatste kwartier lijkt Hans Teeuwen direct alle harde opmerkingen te willen plaatsen. Hij heeft er hoorbaar plezier in om het publiek te shockeren. Analyseseks, met dooie dieren, bijvoorbeeld. Balkenende zou de zaal verlaten hebben: “Dus ik spoot in dat gezicht, en dat is raar, het is net of je tegen een hele grote rijksdaalder aanspuit.” Het voordeel hiervan is dat het publiek bijna hikkend van de lach het theater moet hebben verlaten, maar Teeuwen heeft het echter niet nodig, het maakt de show niet echt beter en is slecht een aardige climax.

CD-luisteraars snappen er niets van

De opnames van de CD zijn prima. Wel valt op dat je het beeld toch een beetje mist bij de show. Bijvoorbeeld bij het introductienummer Dansje en Piano hoor je alleen een aardige melodie. Wat er op het podium gebeurt moet je maar raden. Teeuwen komt er zelf ook op terug: “De CD-luisteraars snappen er niets van. Heb je nu lol met je walkman?” Natuurlijk heeft de CD weer als voordeel dat je hem overal op kan zetten, en de rijk gevulde conference van Teeuwen loont zich ook uitstekend om met grote regelmaat weer gedraaid te worden. Idealiter krijg je de DVD gratis bij de CD en andersom. Dan koop je de show en niet het medium.

Shockerend gedrag

Hans Teeuwen is minder bot geworden, maar daardoor echt niet minder grappig. Hij krijgt het publiek vooral aan het lachen door verrassende wendingen die een ‘normaal’ mens niet zomaar zou bedenken. Hierbij hoort een snelle wisselingen van accenten, typetjes en stemmetjes. Dit zorgt ervoor dat je de hele tijd in de show blijft zitten, zonder dat het je duidelijk is wat het grote verhaal is. Hans Teeuwen heeft in het begin van de show meer diepgang opgezocht en valt aan het einde toch weer terug in zijn natuurlijke shockerende gedrag. Dat heeft hij echter niet nodig en lijkt er eerder voor te zijn om het publiek nog even te geven wat ze van Hans Teeuwen verwachten. Ik hoop dat hij bij de volgende show op een originelere manier het publiek na een leuke avond naar huis weet te sturen. Die subtielere nieuwe Teeuwen bevalt mij namelijk een stuk beter en het laatste kwartier is dan redelijk overbodig.