Crazy 88
.
88-71 | 70-54 | 53-36 | 35-19 | 18-01
18: Hans Teeuwen – Industry of love
Het cabaretprogramma dat voor het meeste ophef zorgde wat dit jaar zeker Industry of Love van Hans Teeuwen. Iedereen had het daags na de televisie-uitzending over de manier waarop Teeuwen zich virtueel aan onze majesteit vergrepen had. Ook was er van tevoren al veel ophef over het programma omdat er bootlegs op het internet waren verschenen. Teeuwen is met dit programma in vergelijking met zijn eerdere werk toch wel minder bot geworden, maar zeker niet minder grappig. (Joost van Hoek)17: The Cure – The Cure
Ongetwijfeld was 2004 het jaar van de 80’s revival. Golden oldie The Cure heeft er dankbaar gebruik van gemaakt, en kwam dit jaar op de proppen met een ijzersterk nieuw album in de stijl van het duistere Pornography (1982) en Disintegration (1989). Een verdomd lekker schijfje als je het ons vraagt. We durven zelfs te stellen dat we sinds tijden niet meer zo’n sterk album van Robert Smith en consorten in handen hebben gehad. Over de samenwerking met producer Ross Robinson verklaarde Smith: “This is how I always imagined making records could be, nothing comes close to what I felt while we were making this album”. En dat is te merken: het speelplezier straalt er namelijk van af. (Lennard Dost)16: Just love me (Fries Museum Leeuwarden)
Terwijl Prins Bernard een stel interviews zijn biografie noemt, lijkt de Engelse kunstenares Tracey Emin zo’n biograaf niet nodig te hebben. In al haar werken is haar persoonlijkheid nadrukkelijk aanwezig en ze vormen een soort autobiografie. Behalve het retrospectief in het Stedelijk Museum in 2002 is er opnieuw veel werk van haar in Nederland te zien in de tentoonstelling Just love me in het Fries museum. De expositie is samengesteld uit werken uit de Sammlung Goetz. Het Fries Museum legt vooral nadruk op de werken die over sekseverhoudingen in de jaren negentig gaan. Emin is een van de kunstenaars die zich veel met dit onderwerp heeft bezig gehouden. Behalve patchwork en schetsen zijn er ook verschillende video’s van Emin. De video ‘Why I never became a dancer’ in het bijzonder is erg mooi. Ze rekent in deze video af met de mannen die haar ooit voor ‘slut’ uitscholden, toen ze danste in de plaatselijke disco. Ze eindigt met een uitbundige dans voor de camera. (Wytske Visser)15: Sonic Youth – Sonic Nurse
Een band als Sonic Youth, die inmiddels al meer dan twintig jaar in vrijwel ongewijzigde samenstelling muziek maakt, hoeft zich niet meer te bewijzen met catchy singles of hitnoteringen. Waarschijnlijk heeft de band in de loop van die twee decennia elk muzikaal idee wel uitgeprobeerd, van pure pop tot de meest weerbarstige gitaarnoise. Elk album dat de vier heren en één dame nu nog aan de canon toevoegen betekent daarom een verdieping van hun geluid. Sonic Nurse is net als voorganger Murray Street weer een echte popplaat, vol mooie melodieën en intrigerend gitaarspel, maar Nurse is tegelijkertijd weer een stuk noisier. Sonic Youth lijkt tevreden te zijn met hun status en muzikale nalatenschap en is op dit moment vooral bezig de muziek te maken die ze zelf het liefste hoort. Het is voor ons als luisteraars geweldig dat dat platen van een zo hoog niveau oplevert. (Melson Zwerver)14: Kill Bill, vol. 2
Quentin Tarantino is een graag geziene gast in jaarlijstjes. Niet zo gek, want zijn films bieden voor ieder wat wils. Geen filmmaker verenigt de werelden van het intellectuele establishment en de burgerlijke middenklasse sterker dan hij. Tarantino maakt esthetisch zeer hoogstaande, van filmische verwijzingen bol staande cinema die evengoed bekeken kan worden op het niveau van plat amusement. Kill Bill 2 is de vervolmaking van het ultieme ritje in de wraakachtbaan, hoewel minder gewelddadig dan het eerste deel. Wel ruimt Tarantino meer ruimte in voor heerlijke oneliners, over elkaar dwarrelende verhaallijnen en absurdisme, die liefhebbers weer naar zijn oude werk deden terugverlangen. Waarom kun je niet anders dan ademloos toekijken bij een Tarantino-show? Maakt zijn optimale gebruik van de middelen die hem als filmmaker ter beschikking staan zijn films tot een feest? Of is het de bevrediging van zowel hersenen, hart als onderbuik die zijn films geven? Stof tot nadenken tijdens de feestdagen. (Niels Bakker)13: The Return of the King (Special Extended Edition)
Je zou denken dat je het wel weet na twee rijk gevulde dvd-boxen over het maken van de eerste twee Lord of the Rings-delen. Wat kan er immers nog worden toegevoegd aan bijna twaalf uur documentaire en ruim vierentwintig uur audiocommentaar? Een heleboel, zo blijkt bij deze laatste vierdelige set, die in het teken staat van afscheid: niet alleen van de acteurs en medewerkers die soms vele jaren van hun leven besteedden aan dit megaproject, maar ook afscheid van het fenomeen Lord of the Rings. Het levert een verbijsterende special edition op, waarbij je meermalen een traantje zult wegpinken. En dan hebben we het nog niet eens gehad over de bijna vijftig extra minuten die zijn toegevoegd aan de bioscoopversie en die de film uitgebalanceerder en daardoor veel beter maken. Een diepgravender kijk op het maken van één enkele filmserie zal de eerstkomende jaren niet worden gemaakt. (Melson Zwerver)12: Seafood – As The Cry Flows
We beschreven Seafood eerder dit jaar als “een van de meest veelbelovende pop/rockbands van dit moment.” Nu we het eind van het jaar naderen, durf ik te stellen dat hier geen woord te veel is gezegd. Na het ijzersterke debuut Surviving the Quiet (2000) en opvolger When Do We Start Fighting (2001), bewijst Seafood met As The Cry Flows volwassen te zijn geworden. Dat ging helaas gepaard met de nodige fysieke ongemakken van zanger/gitarist David Line, maar misschien klinkt As The Cry Flows daarom ook wel zoals-ie klinkt: intens, melancholisch en doorleefd. Of het nou indie, noise, pop of emo is dondert eigenlijk niet. Waar het om gaat is dat de ziel wordt blootgelegd, waarbij de akoestische gitaar en piano niet worden geschuwd. Een absolute aanrader voor wie iets anders zoekt dan de geijkte toppers van 2004. (Lennard Dost)11: Eva: This Is My Life (Growing Up In Public)
We zagen Eva voor het eerst op De Parade in Rotterdam. Onze recensent Nathalie van Eck noemde de voorstelling een van de beste stukken van het festival. Later zag ik Daphne de Bruin spelen in Fort Blauwkapel, de thuisbasis van het Utrechtse gezelschap, waarna ik zondermeer onderschrijf wat Nathalie in haar recensie al uitriep: “Wat een briljante actrice is Daphne de Bruin!” Eva is een werkelijk prachtige voorstelling van het gezelschap dat volstrekt onterecht een negatieve beoordeling kreeg bij dit jaar uitgebrachte cultuurnota. Alleen de kritiek dat Growing Up In Public eens moet komen met een voorstelling voor de grote zaal leek mij gegrond. Maar in de kleine zaal gooien De Bruin en consorten hoge ogen: de voorstelling Paars heeft het bijvoorbeeld net niet gehaald in onze top, maar was ook erg goed. In Eva wordt het bijbelveraal aangepast aan onze moderne tijd: Eva’s appel is de Big Apple en de slang is nietmand minder dan een gladjakker met teveel geld. En zoals in ieder stuk van GUIP biedt ook Eva weer een spiegel: zowel kapitalisme als fundamentalisme worden kritisch onder de loep gelegd. (Jan Auke Brink)10: Wu Ming – 54
Ga er maar even goed voor zitten, want 54 telt ruim zeshonderd bladzijden en is daarnaast een buitengewoon gelaagd en complex boek. Schrijversformatie Wu Ming bouwde aan een ingewikkeld plot met veel verschillende hoofdpersonen in evenzovele verhaallijnen, die vaak zo ver uit elkaar liggen dat je je afvraagt wat de jonge Robespierre in de ene lijn te maken heeft met mafioso Steve en deze laatste weer met filmster Cary Grant. Maar uiteindelijk komt het geheel op een ingenieuze wijze bij elkaar en valt elk stukje op zijn plek. 54 is geen tussendoortje, maar een complete maaltijd waar je de hele kerstvakantie op kunt teren.667