Film / Achtergrond
special: Deel 2

Leids Film Festival 2010

In deel twee van ons verslag aandacht voor een aantal toegankelijke filmhuisfilms, varierend van Brits sociaal-realisme tot aan een cynische kijk op de kunstwereld, de nieuwe Woody Allen en een verrassende kijk op de kerstperiode. Ook waren er wat voorspelbare mainstreamfilms te zien zoals het sentimentele Haar naam was Sarah, dat verrassend genoeg de publieksprijs won.

DEEL 1 | DEEL 2 

My Brothers | Please Give | You Will Meet a Tall Dark Stranger | Cyrus | Home for Christmas | Haar naam was Sarah | (Untitled)  

~

Paul Fraser is vooral bekend geworden door zijn scenario’s die zijn verfilmd door Shane Meadows, zoals Dead Man’s Shoes en Somers Town. Zijn speelfilmdebuut is een sociaal realistisch drama waar verder weinig op aan te merken is, maar voor bekenden van het genre aanvoelt als dertien in een dozijn. De film begint als een portret van een Iers arbeidersgezin dat het niet al te breed heeft en verandert in de tweede helft in een roadmovie. Centraal staan drie broers die de aankomende dood van hun zieke vader maar met moeite kunnen accepteren. Ze trekken er op uit om hun vader nog een laatste dienst te bewijzen, maar raken al snel in de problemen door onderlinge conflicten en irritaties. Het acteerwerk van de jonge cast is verdienstelijk en de mooie cinematografie vangt de ruwe schoonheid van Ierland zonder te vervallen in te sentimentele mooifilmerij. Een soundtrack met prettige folk vult de beelden ook goed aan. Het verhaal hanteert echter voorspelbare symboliek die leidt tot een onvermijdelijke catharsis die je al van verre ziet aankomen. (George Vermij)
Terug naar boven

~

Kate (Catherine Keener) en Alex (Oliver Platt) zijn partners in het leven en in het werk. Ze runnen een vintage-meubelwinkel in New York en vinden hun spullen door inboedels van overleden mensen op te kopen. Argwanend worden ze in de gaten gehouden door hun oude buurvrouw Andra en haar kleindochters Rebecca (Rebecca Hall) en Mary (Amanda Peet). Alex en Kate azen op haar woning, maar daarvoor moet Andra eerst overlijden. Ondertussen groeit Kate’s schuldgevoel en probeert ze haar hebberigheid te compenseren door geld af te staan aan de armen. Dit tot afgrijzen van dochter Abby, die zich naast het vinden van de perfecte spijkerbroek bekommert om haar puistjes.

Please Give houdt het midden tussen een drama en een komedie. Holofcener weet hierin een goede balans te vinden, hoewel de film naar het einde toe wat aan kracht inboet en de moraal de boventoon voert. Hoogtepunt is wanneer Andra en haar kleindochters uitgenodigd worden voor een etentje bij Alex en Kate. De dialogen zijn scherp en hilarisch, mede te danken aan de acteerprestaties van Ann Morgan Guilbert als Andra. Dit niveau weet Holofcener niet vast te houden, maar Please Give is onderhoudend genoeg om te blijven boeien. (Suzan Groothuis)
Terug naar boven

Keerpunt in het leven


You Will Meet a Tall Dark Stranger
Woody Allen • VS, 2010

~

Alfie (Anthony Hopkins) verlaat zijn vrouw Helena voor een jonge blonde stoot. Hij wil wel eens iets anders. Helena stort in, doet een zelfmoordpoging en zoekt het in het spirituele. Dochter Sally (Naomi Watts) is getrouwd met schrijver Roy (Josh Brolin). Roy is in afwachting van het uitbrengen van zijn nieuwe manuscript. Hij zoekt naar nieuwe inspiratie en vindt die in zijn overbuurvrouw. Sally werkt voor een galeriehouder (Antonio Banderas) en compenseert de leegte in haar huwelijk door verliefd op hem te worden.

Ieder personage worstelt met zijn leven. Wat is geluk en wat zijn de juiste keuzes? Laat je je leiden door impulsen, angsten of door anderen? Woody Allen toont de keuzes die gemaakt worden en de invloed die ze hebben op de levens van zijn personages. You Will Meet a Tall Dark Stranger begint als een typische Allen-film. De locatie is verschoven naar London, maar alle kenmerken zijn verder aanwezig: onder begeleiding van Django Reinhardt-achtige jazzmuziek vertelt een voice-over over de persoonlijke misère van de vier hoofdpersonen.

Brolin is Allens alter ego: de neurotische schrijver bij wie het maar niet wil lukken. Net als Allen zoekt hij zijn geluk in ander vrouwelijk schoon, een nieuwe muze, en zijn huwelijk komt steeds meer onder druk te staan. Maar Brolin is niet de juiste man om een neurotisch typetje te spelen. De intellectuele spraakwaterval, die zo kenmerkend was voor Allens karakters, blijft achterwege. Brolin loopt onrustig heen en weer, ergert zich aan de voorspellingen van zijn schoonmoeder en vergaapt zich aan zijn overbuurvrouw. En met zijn stevige bouw en knappe uiterlijk is hij niet bepaald het type schrijver waar je aan denkt bij een Allen-film.

Hoewel er op de meeste acteurs wel wat aan te merken valt ligt het probleem vooral bij het matige scenario. Waar Allen vaak excelleert in scherpe, ironische dialogen, doordrenkt met weltschmerz, zijn ze ditmaal vrij gezapig. Echt hilarisch en bijtend wordt het nergens. De film kabbelt voort en blijft, ondanks de interessante thematiek, aan de oppervlakte. De grappen zijn te makkelijk, de plot te voorspelbaar. Dat Allen beter kan, bewees hij met recente films als

~

Met namen als John C. Reilly (Walk Hard, Step Brothers) en Jonah Hill (Superbad, Knocked Up) verwacht je van Cyrus al snel dat het een dertien in een dozijn-komedie is in de geest van Judd Apatow. Toch is Cyrus geen standaard genrefilm. Regisseurs Jay en Mark Duplass hebben banden met de minimale en zelfbewuste Mumblecore-stroming. Zo speelde Mark Duplass als acteur in Hannah takes the Stairs en in Humpday. De minimale en intieme stijl van de mumblecore-films komt terug in Cyrus. John (een sympathieke Reilly) is een vrijgezel die nog een afhankelijke relatie heeft met zijn ex (Catherine Keener). Op een feest komt hij de knappe Molly (Marisa Tomei) tegen die een echte vangst is. Maar er zit een addertje onder het gras. Molly’s zoon Cyrus (Hill) woont nog steeds thuis ook al is hij in de twintig. In ongemakkelijk scènes tussen beide mannen wordt duidelijk dat Cyrus nog een intieme band heeft met zijn moeder.

Cyrus krijgt briljant gestalte door een ingetogen en sluwe Hill die net de juiste balans bereikt tussen beleefd, vreemd en jaloers. Reilly is tegenover Hill de dommige goedzak. Een rol die Reilly op het lijf is geschreven. De humoristische momenten zijn vooral subtiel en kleinschalig en de film ziet gelukkig af van gore incidenten en voorspelbare typetjes. Daarnaast geeft de film ook een beeld van onzekere en afhankelijke mannen en stelt daarmee mannelijke rolpatronen ter discussie zoals in I Love You, Man en Humpday. Het enige waar de film aan lijdt is zijn eigen bescheidenheid. Afgezien van wat kleine en komisch intieme momenten is de film zo weer voorbij. In zijn realistische en alledaagse stijl toont de film wel dat er andere wegen zijn die de Amerikaanse komedie nog kan bewandelen afgezien van de platgetrapte genrepaden. (George Vermij)
Terug naar boven

Alles is kerst

Home for Christmas
Bent Hamer • Noorwegen, 2010

Kan kerst nog serieus worden genomen in films? Bij uitstek is het de tijd van het jaar die in films dienst doet als middel om tot een narratieve catharsis te komen en waar je vooral wordt gewezen op het lot van je medemens. Nu poogt de Noorse regisseur Bent Hamer (Factotum) in Home for christmas deze boodschap die als zo vaak leidt tot zoetsappige en sentimentele cinema opnieuw tastbaar te maken voor het publiek.

Dit doet Hamer door kerst vooral te zien door de ogen van buitenstaanders. Zo probeert een zwerver in de barre kou naar zijn familie te reizen. Een vrouw bereidt zich voor op een kerstdiner met haar minnaar, een getrouwde man. Een dokter wordt gedwongen om illegale immigranten te helpen en een opvliegende man die net van zijn vrouw is gescheiden tracht zijn kinderen nog te zien op kerstavond.

In zijn aanpak is Home for Christmas een mozaïekfilm en deelt de humanistische visie die veel films van dat genre kenmerkt. Hamers poging om kerst een andere draai te geven komt helaas niet uit de verf. Sommige segmenten zijn leuk of zetten je aan het denken, maar al snel kruipen er toch weer de geijkte clichés in het verhaal. Het is een risico van mozaïekfilms dat karakters niet goed worden uitgediept en daarmee eendimensionaal blijven. Home for Christmas lijdt daar ook aan. Zo is de dokter een echte altruïst en de zwerver de archetypische verloren zoon. Het helpt ook niet dat er in het verhaal ruimte is voor een vrouw die moet bevallen op kerstnacht. De boodschap blijft ondanks Hamers pogingen om die rauw te verpakken daarom voorspelbaar en onverrassend. (George Vermij)
Terug naar boven

Onverdiende publieksfavoriet

Haar naam was Sarah
Gilles Paquet-Brenner • Frankrijk, 2010

~

Op 16 juli 1942 wordt de tienjarige Sarah met haar ouders opgepakt en overgebracht naar het Vélodrome d’Hiver, een voormalig wielerstadion. Sarah weet nog net haar kleine broertje Michel op te sluiten in de kast, in de hoop hem te redden. Het Vélodrome d’Hiver is een zwarte bladzijde in de Franse geschiedenis. Duizenden Joden werden hier vastgehouden onder erbarmelijke omstandigheden, in afwachting van hun deportatie naar concentratiekampen. Sarah weet te ontsnappen en gaat terug naar huis om haar broertje te redden.

Jaren later krijgt journaliste Julia (Kristin Scott Thomas) de kans om een artikel over het Vél d’Hiver te schrijven. Tijdens haar onderzoek ontdekt Julia dat haar schoonouders de woning van Sarah betrokken, vlak nadat het gezin opgepakt was. Julia gaat tot het uiterste om te achterhalen wat er gebeurd is en of haar schoonhouders wel zuiver waren.

Het begin van Haar naam was Sarah is het sterkst. De chaos en vernedering in het Vélodrome stadion worden zichtbaar en voelbaar gemaakt. Zo is er een pijnlijk shot van mensen die omgeven door hun ontlasting hun menswaardigheid verliezen. Wanneer Julia haar zoektocht naar Sarah’s mysterie begint, wordt de film zoetsappig en verliest zijn geloofwaardigheid. Het draait niet langer om het vraagstuk waarom niemand ingegrepen heeft toen bekend was wat in het stadion gebeurde. Wat volgt zijn weinig interessante verhaallijnen die leiden tot een voorspelbare climax. De sentimentele filmposter zegt eigenlijk genoeg.

Tatiana de Rosnay’s boek Haar Naam Was Sarah werd een groot succes in Nederland. Voor dat publiek zal de film wellicht interessant zijn. Toch blijft het onbegrijpelijk dat deze middelmatige inzending, ten overstaan van zoveel beter aanbod, de Publieksprijs van het Leids Film Festival heeft gewonnen. (Suzan Groothuis)
Terug naar boven

Wat is kunst?

(Untitled)
Jonathan Parker • VS, 2009

~

(Untitled) deed het goed op het Leids Filmfestival. Van de vijf inzendingen (oa The Trotsky en My Brothers) sleepte de film de Iron Herring distributieprijs in de wacht.

In (Untitled) wordt een cynische kijk gegeven op de wereld van de hedendaagse kunsten. Adrian (Adam Goldberg) maakt experimentele, atonale muziek met emmers, propjes papier en andere vreemde geluiden. De zalen waar hij optreedt zijn amper gevuld en Adrian krijgt regelmatig te horen dat zijn composities niks zijn. Dan heeft zijn broer Josh (Eion Bailey), die zijn schilderijen via galeriehoudster Madeleine (Marley Shelton) verkoopt, meer succes. Dankzij hem kan Madeleine haar galerie bekostigen, ook al maakt hij nietszeggende abstracte kunst. Madeleine ziet op haar beurt weer toekomst voor Adrians muziek en zorgt dat verzamelaar en bekende van de galerie Porter Canby (Zak Orth) zijn project financiert. De onderlinge rivaliteit tussen de broers wordt groter, wanneer ze beiden gevoelens krijgen voor Madeleine. De film richt zich echter meer op de vraag wat kunst is en welke kunst goed is, dan op de onderlinge verhoudingen.  

Zo is er een hilarische scene waar Adrian de muziek moet verzorgen bij een opening van kunstenaar Monroe, die minimale middelen als propjes papier tot kunst verheft. Hoewel er gelijkenissen zijn met hun werken, moet Adrian niets van Monroes kunst hebben. Met dit soort voorbeelden laat Parker zien dat kunst moeilijk te vangen is. Iedereen heeft een mening. En wanneer je het gemaakt hebt, zoals kunstenaar Ray Barko (Vinnie Jones), kan het succes je naar het hoofd stijgen door je kunstwerken onbetaalbaar te maken. (Untitled) richt zich zowel op de kunstenaar, de galeriehouder als het publiek. Hoewel het beeld van de kunstwereld clichématig wordt neergezet, is de film als satire geslaagd. Alleen al de kunstwerken zijn het bezichtigen waard. (Suzan Groothuis)
Terug naar boven